Woninghuur in Vlaanderen en Brussel:
het antwoord op 25 praktijkvragen

Mr. Ulrike Beuselinck en mr. Koen De Puydt (Seeds of Law)

Webinar op dinsdag 27 augustus 2024


Recente wetgevende ontwikkelingen
met impact op de bouwsector

Prof. dr. Kristof Uytterhoeven (Caluwaerts Uytterhoeven)

Webinar op dinsdag 27 augustus 2024


Aansprakelijkheid van hulppersonen
in en buiten de contractketting.
Een analyse in het licht van Boek 6

Prof. dr. Ignace Claeys en mr. Camille Desmet (Eubelius)

Webinar op vrijdag 30 augustus 2024

Het nieuwe verbintenissenrecht: het schadebeding (Firmus Advocaten)

Auteur: Firmus Advocaten

In een ideale wereld wordt elk contract zonder meer uitgevoerd en komt iedere partij stipt zijn of haar verbintenissen na. Helaas loopt het in de praktijk vaak anders. Het klinkt u ongetwijfeld wel bekend in de oren, uw schuldenaar komt zijn of haar contractuele verbintenissen niet na waardoor u schade lijdt.

Vaak vormt de begroting van de geleden schade evenwel een struikelblok. Het herleiden van alle nadelige gevolgen van de niet-nakoming tot één numeriek bedrag is immers geen sinecure. Bovendien moet u de geleden schade ook nog eens bewijzen.

Om hieraan tegemoet te komen kan u in uw contract of in uw algemene voorwaarden een schadebeding opnemen. Een mogelijkheid die in het nieuwe verbintenissenrecht geregeld wordt onder artikel 5.88 BW.

Met een schadebeding kunnen partijen op voorhand – en dus op forfaitaire wijze – een vergoeding vastleggen die de schuldenaar verschuldigd zal zijn aan de schuldeiser indien de schuldenaar zijn verbintenis niet uitvoert of indien er vertraging is in uitvoering.

Schadebedingen kunnen alle soorten schade vergoeden, zowel directe als indirecte schade en zowel morele, materiële als financiële schade.

Indien er in de overeenkomst of in de algemene voorwaarden een schadebeding wordt opgenomen, zal de geleden schade in principe worden begroot op het bedrag van het contractuele schadebeding. Dit maakt dat men dankzij het schadebeding noch het bestaan, noch de omvang van de concrete geleden schade dient te bewijzen. Beide partijen weten vooraf tot wat ze gerechtigd of respectievelijke gehouden zijn in geval van wanprestatie. Het schadebeding is aldus onveranderlijk. Aan de schuldeiser wordt geen grotere, noch een kleinere vergoeding toegekend.

Op dit principe bestaat evenwel een uitzondering indien het schadebeding kennelijk onredelijk is. In dit geval kan de rechter het schadebeding matigen rekening houdend met de schade en alle andere omstandigheden, in het bijzonder met de rechtmatige belangen van de schuldeisers. Indien de rechter gebruik maakt van deze matigingsbevoegdheid mag hij/zij de schuldenaar evenwel niet veroordelen tot een vergoeding die lager is dan een redelijk bedrag of een redelijke prestatie.

Houd bij de redactie van een schadebeding ook zeker rekening met volgende aandachtspunten:

(1)   Maak een voorbehoud om de werkelijk geleden schade te vorderen in meer. Indien u dit voorbehoud niet maakt, zal u geen groter bedrag kunnen vorderen dan het bedrag van het overeengekomen schadebeding, ook al is uw werkelijk geleden schade hoger.

(2)   Indien u met consumenten contracteert, dient u tevens rekening te houden met de bepalingen van het Wetboek Economisch Recht. U zal ervoor moeten zorgen dat het schadebeding wederkerig en evenredig is. Schadebedingen waarbij er niet in een gelijkwaardige vergoeding wordt voorzien ten laste van de onderneming die zijn verbintenis niet nakomt of die duidelijk niet evenredig zijn aan het nadeel dat door de onderneming kan worden geleden, zijn onrechtmatig en verboden.

(3)   Bepaal het bedrag of het percentage van het schadebeding niet overdreven hoog. Kennelijk onredelijke bedragen zullen immers steeds gematigd worden door de rechter. Ook het economisch recht verbiedt tussen ondernemingen het gebruik van schadebedingen die voorzien in een vergoeding die kennelijk niet evenredig is aan het nadeel dat door de onderneming kan worden geleden. Bij de ondernemingsrechtbank te Antwerpen worden schadebedingen doorgaans gematigd tot 10% van de hoofdsom met een maximum van € 2 500,00 in het geval van invordering van onbetaalde facturen.

Bron: Firmus Advocaten

» Bekijk alle artikels: Verbintenissen & Goederen