Vereffening en schuldeisers:
een analyse aan de hand
van concrete vragen
Mr. Dirk Van Gerven en mr. Ivan Peeter (NautaDutilh)
Webinar op vrijdag 6 februari 2026
Alternatieve financieringsvormen
voor ondernemingen:
een waaier aan mogelijkheden
Mr. Dirk Van Gerven, mr. Ivan Peeters en mr. Ken Lioen
(NautaDutilh)
Webinar op dinsdag 19 mei 2026
Managementvennootschappen:
de huidige fiscale discussiepunten
en wat met de toekomst?
Mr. Henk Verstraete en mr. Esther Everaert (Stibbe)
Webinar op donderdag 5 februari 2026
Wenst u meerdere opleidingen
te volgen bij LegalLearning?
Overweeg dan zeker ons jaarabonnement
Krijg toegang tot +150 opleidingen
Live & on demand webinars
Voor uzelf en/of uw medewerkers
Omvorming van maatschap naar VOF. Ondernemingsrechtbank Brussel 16 juli 2025 (Recht op zaterdag)
Auteur: Marc Vandecasteele (Recht op zaterdag)
Maatschappen zijn vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid (cf. art. 46 WVV). Door deze een rechtspersoonlijkheid te geven, wordt zij een VOF dan wel commanditaire vennootschap. Dit werd door de wetgever bevestigd in het nieuwe art. 4:22, al. 1 WVV, maar was reeds de gebruikelijke visie onder het W. Venn. Artikel 4:22 wilde dit slechts “onderstrepen”, en spreekt niet van een verandering aan de stand van het recht.
De procedure voor ‘omzetting’ zoals bepaald in het W.Venn. en WVV is niet van toepassing op het verkrijgen van rechtspersoonlijkheid door een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, aangezien deze procedure de omzetting van een rechtspersoon naar een andere rechtspersoon (of entiteit zonder rechtspersoonlijkheid) betreft. Het toepassingsgebied van deze procedure is beperkt tot vennootschappen met rechtspersoonlijkheid (zie art. 774 W.Venn. zoals bevestigd door art. 14:1 WVV).
Dit betekent niet dat dergelijke omvorming van een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid niet mogelijk zou zijn, het betekent dat ze van een andere aard is dan de omzetting van een rechtspersoon: bij de omvorming van maatschap naar VOF, is er geen sprake van omzetting van een rechtspersoon, maar van een verkrijging van rechtspersoonlijkheid door een vennootschap die geen rechtspersoonlijkheid heeft, waardoor zij een rechtspersoonlijkheid verwerft.
Er wordt dus een rechtspersoon opgericht op grond van de reeds bestaande feitelijke maatschap. Dat de maatschap daarvoor niet eerst moet worden ontbonden is logisch: anders zou het nooit mogelijk zijn om rechtspersoonlijkheid aan dergelijke maatschap te verlenen, omdat de maatschap niet langer bestaat. Het zou elke betekenis aan het bevestigend karakter van art. 4:22, al. 1 WVV ontnemen
» Bekijk alle artikels: Vennootschappen & Verenigingen














