Aandeelhoudersovereenkomsten
in het licht van de nieuwe wetgeving

Mr. Michaël Heene (DLA Piper)

Webinar op vrijdag 31 mei 2024


HR-aspecten bij M&A transacties

Mr. Nele Van Kerrebroeck (Linklaters)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Ondernemingsstrafrecht:
wat wijzigt er door boek I en boek II van het Strafwetboek?

Mr. Stijn De Meulenaer (Everest)

Webinar op dinsdag 11 juni 2024

De wettelijke reserve in het WVV: toch weer even anders (VGD)

Auteurs: Kristof Van der Goten en Valérie Verbessem (VGD)

Publicatiedatum: 27/07/2020

Het nieuwe Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV) heeft de kaarten grondig herschud, ook wat betreft de verplichting voor bepaalde vennootschappen om een reservefonds aan te leggen (cfr. ‘wettelijke reserve’). Een update.

‘Wettelijke reserve’ oude stijl

Volgens het oude Wetboek van vennootschappen (W.Venn.) dienden de BVBA, CVBA, de NV en de Comm.VA jaarlijks bij de verdeling van het resultaat een reserve aan te leggen van minstens 1/20e van de nettowinst. Deze verplichting gold tot de ‘wettelijke reserve’ respectievelijk 1/10e van het maatschappelijk kapitaal (BVBA, NV en Comm.VA) of 1/10e van het vaste gedeelte van het maatschappelijk kapitaal (CVBA) had bereikt.

‘Wettelijke reserve’ nieuwe stijl

Het WVV voorziet niet langer in kapitaal of wettelijke reserve in de BV en de CV. Bij gebrek aan kapitaal voorziet het dus ook niet langer de plicht tot (verdere) aanleg van een ‘wettelijke reserve’.

Een BV of CV opgericht conform het WVV zal bijgevolg geen ‘wettelijke’ reserve moeten aanleggen.

Voor een bestaande BVBA (voortaan BV in het WVV) of CVBA met een coöperatief gedachtengoed (voortaan CV in het WVV) die vóór 1 januari 2020 haar statuten heeft aangepast aan het WVV, vervalt de verplichting vanaf datum van publicatie van die statutenwijziging. Gebeurde dit niet vóor 1 januari 2020, vervalt de verplichting vanaf die datum. Jaarvergaderingen gehouden in die vennootschapsvormen na 1 januari 2020 mogen dus de ‘wettelijke reserve’ in principe buiten beschouwing laten.

Voorzien de statuten echter in een specifieke regeling betreffende de reservering van winsten, die strenger is dan de vroegere wettelijke regeling of er volledig los van staat, dan blijft deze plicht onverminderd doorlopen.

Heeft de CVBA geen coöperatief gedachtengoed dan blijft deze, onder meer wat haar kapitaal en de ‘wettelijke reserve’ betreft, onderworpen aan het W.Venn. tot op de datum dat de statuten worden gewijzigd conform het WVV. Dit dient in elk geval te gebeuren vóór 1 januari 2024.

Voor de NV en de Comm.VA (ingekanteld in de NV vanaf het moment dat het WVV op haar van toepassing wordt), blijft de oude regeling staande.

Dan keren we de ‘wettelijke reserve’ toch gewoon uit?!

Kan je hierdoor voortaan in BV en CV ook vlot jouw bestaande ‘wettelijke reserve’ uitkeren? Helaas!

Over het statuut van de bestaande wettelijke reserve onder het WVV en de gefaseerde inwerkingtreding van het WVV in het algemeen vind je, hier en hier meer.

Lees hier het originele artikel

» Bekijk alle artikels: Vennootschappen & Verenigingen