Ondernemingsstrafrecht:
wat wijzigt er door boek I en boek II van het Strafwetboek?

Mr. Stijn De Meulenaer (Everest)

Webinar op dinsdag 11 juni 2024


HR-aspecten bij M&A transacties

Mr. Nele Van Kerrebroeck (Linklaters)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Aandeelhoudersovereenkomsten
in het licht van de nieuwe wetgeving

Mr. Michaël Heene (DLA Piper)

Webinar op vrijdag 31 mei 2024

De belangenconflicten-procedure: meer dan een loutere formaliteit (De Langhe Advocaten)

Auteurs: Nicolas Nimmegeers en Nathan Declerck (De Langhe Advocaten)

Wanneer een belangenconflict dreigt tussen de vennootschap en één of meerdere van haar bestuurders, dient er in de NV, BV en CV een wettelijk geregelde procedure te worden gevolgd. In de praktijk rijzen hier evenwel vaak vragen over. Heeft u wel een belangenconflict? Wie kan de beslissing nemen? We zetten het even op een rij.

Wanneer is er sprake van een belangenconflict?

Indien een bestuurder (of haar vaste vertegenwoordiger) een strijdig belang heeft van vermogensrechtelijke aard bij een beslissing te nemen door het bestuursorgaan, is er een belangenconflict. U dient daarbij na te gaan of het sluiten van de voorgenomen transactie een wezenlijke invloed kan hebben op het vermogen van de bestuurder.

Mogelijke  transacties tussen de vennootschap en een bestuurder die een belangenconflict triggeren zijn: het verstrekken van een lening, een onroerend goed (ver)huren of verkopen, het sluiten van een managementovereenkomst, … Het belangenconflict kan ook onrechtstreeks zijn, bv. wanneer de transactie wordt gesloten met een vennootschap waarin de bestuurder meerderheidsaandeelhouder is of met de echtgeno(o)t(e) (gehuwd met gemeenschap van goederen) van de bestuurder.

Louter familiale, politieke of affectieve belangenconflicten vallen hier niet onder. Ook wanneer u onbezoldigd bestuurder bent in twee vennootschappen die wensen te contracteren of bij handelingen van dagelijks bestuur, vindt de wet geen toepassing.

Ten slotte is de procedure niet van toepassing (i) bij transacties tussen een moedervennootschap en een voor minimum 95% gecontroleerde dochter of tussen twee voor minimum 95% gecontroleerde zustervennootschappen of (ii) in geval van een gebruikelijke verrichting (i.e. een courante verrichting in het kader van de gewoonlijke activiteiten van de vennootschap) die marktconform is.

Procedure

Elke geconflicteerde bestuurder dient zich te onthouden van de beraadslaging en stemming over het betrokken agendapunt. Hierbij zijn verschillende situaties denkbaar.

In het geval er één bestuurder of de minderheid van de bestuurders geconflicteerd is, melden zij aan het bestuur te zijn geconflicteerd en verlaten zij de ruimte, zodoende dat de andere bestuurders kunnen beraadslagen en stemmen.

Wanneer alle bestuurders een belangenconflict hebben, wordt de beslissing aan de algemene vergadering voorgelegd die vervolgens een beslissing neemt. Het bestuursorgaan is dan belast met de uitvoering ervan.

De wet is echter veel minder duidelijk wanneer de meerderheid van de bestuurders geconflicteerd is. Een bepaalde strekking binnen de rechtsleer stelt immers dat het aanwezigheidsquorum per agendapunt dient te worden berekend, waardoor het bestuursorgaan in dergelijke situatie nooit rechtsgeldig kan beslissen. De meerderheidsstrekking argumenteert daarentegen dat het aanwezigheidsquorum op het begin van de vergadering moet worden berekend, en dat de niet-geconflicteerde bestuurders weldegelijk rechtsgeldig kunnen beslissen. Wij treden alvast de laatste strekking bij.

Tevens is er al heel wat inkt gevloeid over de situatie waarin slechts één bestuurder niet geconflicteerd is (de “last man standing”). Dat deze bestuurder alleen zou kunnen beslissen conflicteert met het principe van “collegiaal bestuur”. Anderzijds geldt de regel dat de algemene vergadering slechts kan beslissen wanneer álle bestuurders geconflicteerd zijn. Ons inziens is de enige niet-geconflicteerde bestuurder in voorkomend geval nog steeds verplicht om te beslissen.

Noteer dat het vrijwillig voorleggen van de verrichting aan de algemene vergadering (of het laten bekrachtigen) de bestuurders niet ontslaat van hun aansprakelijkheid.

Sanctie

Bij miskenning van de procedure kunnen de vennootschap en andere belanghebbenden, zoals aandeelhouders, de nietigheid van de beslissing vorderen. Daarnaast kunnen de bestuurders ook persoonlijk en hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor deze schending.

Tenslotte blijft de naleving van de wet relatief: zelfs als de hierboven beschreven procedure wordt gevolgd, blijven de bestuurders die een onrechtmatig financieel voordeel ontvingen ten nadele van de vennootschap persoonlijk en hoofdelijk aansprakelijk voor de door de vennootschap of derden geleden schade.

Bron: De Langhe Advocaten

» Bekijk alle artikels: Vennootschappen & Verenigingen