Meerwaarden op goud: kan nu nog belastingvrij, maar wat brengt de toekomst? (Tiberghien)

1. Huidige fiscale context: belastingvrij bij een normaal beheer van het privévermogen

Onder het personenbelastingregime worden meerwaarden op roerende goederen zoals goud in principe niet belast (indien niet binnen een beroepsactiviteit), zolang ze kaderen binnen het normaal beheer van het privévermogen. Enkel wanneer sprake is van enige prestatie, verrichting of speculatie die niet onder dat normaal beheer valt, kwalificeert de meerwaarde als een zgn. divers inkomen (artikel 90, eerste lid, 1° WIB 92), belastbaar aan 33% (vermeerderd met gemeentebelasting).

In een ruling van 15 april 2025 werd bevestigd dat een aanzienlijke meerwaarde op de verkoop van fysiek goud (aangekocht een 10-tal jaar geleden met de opbrengsten van vastgoed) niet belastbaar is, omwille van o.m. volgende elementen:

• Financiering van de aankoop van het goud met eigen middelen;
• langetermijnbeleggingen (bewaring van het goud gedurende 6 tot 12 jaar);
• geen actief beleggingsgedrag of speculatieve strategie;
• eenmalige realisatie (verkoop), met (onmiddellijke) aanwending van de opbrengst voor de aankoop van een nieuwe gezinswoning.

Deze casus bevestigt de klassieke fiscale analyse: wie roerende goederen zoals goud aanhoudt als passieve, langetermijnbelegging, wordt beschouwd als een ‘goede huisvader’.

2. Toekomstige evolutie: quid nieuwe meerwaardebelasting?

In het ontwerp van begroting en fiscale hervorming aangekondigd door de (komende) regering-De Wever I is sprake van de invoering van een nieuwe meerwaardebelasting op financiële activa voor natuurlijke personen.

Vooralsnog is het onduidelijk of ook fysiek goud onder het toepassingsgebied van deze maatregel zal vallen, of enkel aandelen, digitale activa (cryptomunten), enz. geviseerd worden. De precieze reikwijdte, vrijstellingsdrempels en voorwaarden moeten nog verder uitgewerkt worden. In de laatste en voorlopige ontwerpteksten zou ‘beleggingsgoud’ (goud in de vorm van staven of plaatjes van een door de goudmarkten aanvaard gewicht) onder de meerwaardebelasting vallen. Zeker is dat de fiscale vrijstelling van vermogensmeerwaarden, een hoeksteen van het Belgisch fiscaal recht, onder druk komt te staan.

3. Bewijs van herkomst van het goud?

Naast de fiscale behandeling van de meerwaarde bij de verkoop van goud, is ook de herkomst een belangrijke aandachtspunt. In voorliggende casus kon de herkomst van de gelden voor de financiering van het goud worden aangetoond. Indien u hieromtrent vragen heeft, kan u steeds bij ons kantoor terecht.

4. Onze aanbeveling

Voor wie roerend vermogen zoals goud (of kunst, collecties, enz…) aanhoudt of overweegt hierin te investeren, zijn de fiscale implicaties cruciaal.

Onze fiscale praktijk begeleidt cliënten bij:

• de fiscale kwalificatie van de meerwaarde ingeval van verkoop (binnen het “normaal beheer” van het privévermogen? );
• het opstellen en indienen van rulingaanvragen;
• de analyse van de herkomst van het roerend vermogen en eventuele (fiscale) rechtzetting/regularisatie .

Bron: Tiberghien