De nieuwe wet op de private opsporing
Dhr. Bart De Bie (i-Force) en
mr. Stijn De Meulenaer (Everest)
Webinar op donderdag 17 oktober 2024
Marketingrecht: juridisch anticiperen
op de razendsnelle evoluties
Mr. Tom Heremans (CMS)
Webinar op donderdag 14 november 2024
Artificiële intelligentie in het HR-proces:
juridische aandachtspunten
Mr. Inger Verhelst en mr. Matthias Vandamme (Claeys & Engels)
Webinar op vrijdag 7 februari 2025
Gebruik van cookies bij de VRT. Beslissing GBA op 5 december 2023 (LegalNews)
Auteur: Marc Vandecasteele (LegalNews)
Het voorwerp van de klacht op 19 juli 2023 betreft elementen die verband houden met het plaatsen van cookies op de website van de VRT. Specifiek stelt de klacht één vermeende voor hem grievende praktijk op de voornoemde website aan de kaak. Deze grief wordt geformuleerd als volgt: “Geen ‘weigeren’-optie op het eerste informatieniveau van de cookiebanner”.
Op 2 oktober 2023 maakt de VRT een brief over aan de Geschillenkamer en de klager, waarin zij toelicht dat de in de klacht overgenomen schermafbeelding van de website “niet de actuele situatie weergeeft”, nu de “huidige cookiebanner” wel in een “alles weigeren”-knop voorziet. De VRT partij voegt daartoe de schermafbeelding bij.
Middels haar brief van 2 oktober 2023 verzoekt de VRT partij daarom een seponering van de klacht, omdat ze “meent dat de cookiebanner op haar website https://vrt.be/nl” op heden volledig voldoet aan de verzuchtingen van de klager. Tevens is de huidige banner in lijn met het EDPB-rapport van de zogenaamde Cookie Banner Taskforce[…] en de mededeling van 10 februari 2023 die volgde op dit EDPB-Rapport[…]”. En verder: “Vermits [de VRT] reeds in tempore non suspecto en te goeder trouw, na duiding door de EDPB en GBA, besliste om de alles weigeren knop op het eerste niveau te zetten, meent zij dat de klacht ongegrond of minstens zonder voorwerp is geworden en dat een seponering zich opdringt (Artikel 95, §1, 3° WOG).”
Er wordt een schikking overeengekomen, maar een aantal verzoeken van de klager hebben de Geschillenkamer er niet toe bewogen het schikkingsvoorstel aan te passen.
De Geschillenkamer gaat wel over tot de publicatie van de schikkingsbeslissing op de website van de Gegevensbeschermingsautoriteit en kiest er voor de namen van de vertegenwoordiger van de klager en de schikkende partij te publiceren. Het is immers in het maatschappelijk belang dat de burger kennis kan nemen, op de meest transparante wijze, van schikkingsprocedures die leiden tot (visuele) ingrepen op veel bezochte websites zoals de litigieuze website. Per definitie immers richten de journalistieke uitgaven op deze litigieuze website zich tot een breed publiek, en heeft de bezoeker van zo’n website er belang bij kennis te nemen van aan de gegevensbescherming gerelateerde aspecten. Ten overvloede wijst de Geschillenkamer erop dat de vertegenwoordiger van de klager zelf publiciteit heeft gegeven aan de klacht.
» Bekijk alle artikels: Privacy & Gegevensbescherming