Nieuwe concessievoorwaarden in het Antwerpse havengebied vanaf 1 augustus 2024! (Schoups)

Auteurs: Kris Lemmens, Sophie Bleux en Robin Beck (Schoups)

Vanaf 1 augustus 2024 gelden de nieuwe algemene voorwaarden voor concessies in het Antwerpse havengebied na uitgebreide onderhandelingen met de verschillende belangenverenigingen. De voorgaande voorwaarden dateerden al uit 2011.

We zetten graag voor u de belangrijkste wijzigingen nog eens op een rijtje:

• Concessievergoeding en indexering (art. 6.1).

  Het nieuwe reglement bevat nu een uitdrukkelijk artikel omtrent de jaarlijkse vergoeding per m², die bepaald wordt door de tariefverordening. Deze tarieven kunnen jaarlijks worden herzien op basis van het inflatiepercentage van de consumptieprijsindex.

  Gemotiveerde herzieningen van de tarieven kunnen enkel door de Raad van Bestuur worden toegestaan op een transparante wijze, in functie van o.m. de maatschappelijke doelstellingen.

• De concessietermijn in het algemeen (art. 7.1)

  Een belangrijke wijziging betreft ongetwijfeld de aanname van nieuwe investeringsvorken ter bepaling van de concessietermijn.

  Zo worden er twee nieuwe vorken aangenomen die respectievelijk kunnen leiden tot een concessietermijn van 5 (tussen 35 en 64 euro per m²) en 8 jaar (tussen 65 en 99 euro per m²).

  De standaard verlengingsmogelijkheden van 5 jaar werden niet langer opgenomen en verdwijnen dus.

  De maximale concessietermijn bedraagt voortaan 35 jaar voor de grootste investeringen (meer dan 305 euro/m²). Deze bedroeg voordien 40 jaar.

  Enkel indien de voorgestelde projecten op substantiële wijze de investeringsvork overschrijden of het project van groot strategisch belang is voor de haven kan het Havenbedrijf op gemotiveerde wijze afwijken van de Concessietermijnen voorzien in de investeringsvork.

• Berekeningswijze van de concessietermijn (art. 7.2)

  Er wordt gepreciseerd dat de concessietermijn “voornamelijk” zal worden bepaald op basis van toekomstige investeringen.

  Voortaan worden duurzame investeringen beloond. Dit geldt voor zowel onroerende investeringen (150% in plaats van 100%) als roerende investeringen (50% in plaats van 0%). Wat als duurzaam moet worden beschouwd staat opgenomen in de laatste twee alinea’s van het artikel.

• Verhoogde concessievergoeding tot eerstvolgende trap van de investeringsvork bij ontoereikende investeringen (art. 7.3)

  Wanneer het geplande investeringsbedrag ontoereikend is ten aanzien van het minimumbedrag voor de beoogde concessietermijn, kan een concessionaris voortaan d.m.v. een verhoogde concessievergoeding de eerstvolgende trap van de investeringsvork bereiken. Op deze manier kan de concessionaris toch de gewenste concessietermijn bekomen.

  Betaling kan middels een eenmalige som of door een jaarlijkse verhoging van de concessievergoeding.

• Overnemende concessionaris betaalt principieel eenmalige concessievergoeding aan het Havenbedrijf wegens overdracht (art. 9.3)

  Nieuw is dat een overnemende concessionaris voortaan een eenmalige concessievergoeding dient te betalen. Het artikel bepaalt tevens de berekeningsbasis, een maximumplafond en een uitzondering voor verbonden vennootschappen en voor overdrachten in een eenduidige familiale context.

• Subconcessies en projectontwikkelaars (art. 11 en 12)

  De nieuwe algemene voorwaarden bevatten nu uitdrukkelijke bepalingen inzake de goedkeuring van subconcessies en concessionarissen die optreden als projectontwikkelaars.

  Subconcessies worden voortaan gedefinieerd en zijn (behalve een aantal welomschreven gevallen) onderhevig aan een voorafgaande goedkeuring door het Havenbedrijf volgend op een verplicht te volgen procedure.

Bron: Schoups