Vakantiedagen en het arbeidsrecht

Mr. Kato Aerts en mr. Sarah Witvrouw (Lydian)

Webinar op dinsdag 11 juni 2024


HR-aspecten bij M&A transacties

Mr. Nele Van Kerrebroeck (Linklaters)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Intellectuele eigendomsrechten in de onderneming:
wie is eigenaar van door werknemers en dienstverleners ontwikkelde creaties?

Dr. Nele Somers (ARTES) en mr. Veerle Scheys (Mploy)

Webinar op dinsdag 23 april 2024


Het nieuwe Boek 6:
de impact op de werkvloer

Mr. Chris Persyn (Cautius)

Webinar op donderdag 4 juli 2024


Tewerkstelling van buitenlandse werknemers:
nakende ingrijpende wijzigingen

Mr. Sophie Maes en mr. Simon Albers (Claeys & Engels)

Webinar op donderdag 25 april 2024

Sociale zekerheid en grensoverschrijdende tewerkstelling: arrest Hof van Justitie – 8 mei 2019 (LegalNews.be)

Auteur: LegalNews.be

Publicatiedatum: 10/05/2019

LegalNews.be sprak met dhr. Bruno De Pauw (adviseur-generaal Directie Internationale Betrekkingen RSZ) over sociale zekerheid en grensoverschrijdende tewerkstelling: arrest Hof van Justitie (8 mei 2019).

De feiten

SF, een Lets staatsburger die in Letland woont, werkte van 13 augustus tot en met 31 december 2013 als steward voor een in Nederland gevestigde onderneming. Hij verrichtte deze werkzaamheden op een onder de vlag van de Bahama’s varend schip, dat gedurende die periode op de Noordzee voer, buiten het grondgebied van de Europese Unie. De Nederlandse belastingautoriteiten hadden SF een aanslag opgelegd waarin hij voor voornoemde periode premieplichtig werd verklaard voor de premies volksverzekeringen volgens het Nederlandse stelsel van volksverzekeringen. Omdat SF van mening was dat hij niet onder dat stelsel viel, had hij zich tot de Nederlandse rechterlijke instanties gewend. De Hoge Raad der Nederlanden had twijfels over de vraag hoe de bepalingen van de EU-verordening betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels moesten worden uitgelegd om te bepalen welke wetgeving van toepassing is in een situatie als die van SF, en had daarom besloten om prejudiciële vragen te stellen aan het Hof van Justitie.

Het arrest van het Hof van Justitie in de zaak C-631/17

In zijn arrest van brengt het Hof om te beginnen zijn rechtspraak in herinnering volgens welke de enkele omstandigheid dat een werknemer zijn werkzaamheden buiten het grondgebied van de Unie verricht, niet volstaat om toepassing van de Unieregels inzake het vrije verkeer van werknemers – en met name de betrokken verordening – uit te sluiten wanneer de arbeidsverhouding een voldoende nauwe aanknoping met dat grondgebied behoudt.

Het Hof preciseert dat dit met name het geval is wanneer een Unieburger die in een lidstaat woont, is aangeworven door een in een andere lidstaat gevestigde onderneming en voor rekening van die onderneming activiteiten verricht.

Het Hof overweegt dat in het onderhavige geval de arbeidsverhouding een voldoende nauwe aanknoping met het grondgebied van de Unie behoudt, aangezien SF gedurende de betrokken periode in Letland was blijven wonen en zijn werkgever in Nederland was gevestigd.
Een dergelijke situatie valt derhalve binnen de werkingssfeer van de verordening betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels.

In een eerdere gelijkaardige zaak (KIK, C-266/13) had het Hof geoordeeld dat, bij gebreke aan een rechtstreeks toepasselijke conflictregel, de wetgeving van de lidstaat met de sterkste binding met de arbeidsverhouding wordt aangewezen. Op deze basis is de werkgeversstaat bevoegd.

Maar dit was op basis van de vroegere verordening 1408/71, en geldt dit ook bij de huidige verordening 883/2004?

Artikel 11, lid 3, onder e) bepaalt op een algemene manier dat voor eenieder die niet onder de andere conflictregels valt, de woonlidstaat bevoegd is. De bedoeling van dit artikel was om hiermee de niet economisch actieve personen te viseren, maar het Hof kent aan dit artikel de functie van een vangnetbepaling toe in alle situaties waarbij een persoon onder de bepalingen van Titel II van verordening 883/2004, maar geen specifieke regel op de situatie ziet. SF is aldus onderworpen aan het Letse stelsel voor zijn werkzaamheden aan boord van het schip met de vlag van een derde land.

Lees hier het arrest van het Hof van Justitie van 8 mei 2019

Lees hier het Perscommuniqué 58/19 van het Hof van Justitie van de Europese Unie

Wat denkt u in het algemeen van het arrest?

Het arrest van 8 mei 2019 is een mooie toepassing van de Europese Verordening 883/2004, die de toepasselijke socialezekerheids-wetgeving regelt. Voor wie niet vertrouwd is met deze Verordening, op onze website van de sociale zekerheid vindt u meer info.

Op 20 maart 2020 geeft u tijdens de studiedag ‘Grensoverschrijdende tewerkstelling’ een sessie over ‘Sociale zekerheid en Limosa: de laatste ontwikkelingen’. Kan u in het kort al even enkele problemen opsommen die u inzake de toepassing van de Europese Verordening 883/2004 het meest in de praktijk tegenkomt?

Dit arrest heeft een grotere impact dan op het eerste zicht lijkt: in alle situaties waarbij een werknemer op het grondgebied van een derde land werkt, woont in een lidstaat en in dienst is van een werkgever die gevestigd is in een andere lidstaat, is verplicht het stelsel van de woonstaat van toepassing. En dus niet enkel voor zeelieden!

Vaak worden momenteel private verzekeringen voorzien. Is dat nog een goede zaak als daarenboven bijdragen moeten betaald worden in een lidstaat? En tevens stelt zich de vraag hoe het zit met het stelsel van de Overzeese Sociale Zekerheid?

Hoe de compliance verzekeren in dergelijke situaties? Indien een bedrijf vaak inwoners van andere lidstaten inzet bij exotische opdrachten wordt dit een uitdagend administratief kluwen.

Jaarlijkse opleiding ‘Grensoverschrijdende tewerkstelling’ (Gent – 25 september 2020)

Op 25 september 2020 organiseert LegalNews.be in Gent de jaarlijkse opleiding ‘Grensoverschrijdende tewerkstelling’ in samenwerking met Intersentia en Larcier.

Tijdens deze jaarlijkse opleiding ‘Grensoverschrijdende tewerkstelling’ worden vier uiteenzettingen gegeven door ervaren praktijkjuristen, waarbij ruime mogelijkheid tot vraagstelling wordt voorzien. Na een update in de ochtend inzake sociale zekerheid en single permit komen in de namiddag de items salarisoptimalisatie en ontslag bij tewerkstelling in meer dan één land aan bod. De laatste uiteenzetting is gebaseerd op de 3-jaarlijkse publicatie door Deloitte van een uitgebreide studie omtrent internationaal ontslagrecht.

Sprekers
  • Dhr. Bruno De Pauw, adviseur-generaal Directie Internationale Betrekkingen RSZ
  • Mr. Sophie Maes, advocaat-vennoot Claeys & Engels
  • Mr. Bart Elias, advocaat-vennoot PwC Legal
  • Dhr. Filip Van Praet, senior manager PwC
  • Dhr. Nicolaas Vermandel, partner Deloitte Belastingconsulenten

 

» Bekijk alle artikels: Arbeid & Sociale zekerheid