De invoering van Boek 6
en de impact voor de medische sector

Prof. dr. Christophe Lemmens (Dewallens & Partners)

Webinar op vrijdag 4 oktober 2024

Wetsontwerp inzake de modernisering van de Wet Patiëntenrechten (Schuermans Advocaten)

Auteur: Schuermans Advocaten

De wet betreffende de rechten van de patiënt dateert inmiddels van 22 augustus 2002.

De gezondheidszorg is sedertdien aanzienlijk geëvolueerd. Er zijn de ontwikkelingen op strikt geneeskundig vlak, maar er is ook de toegenomen digitalisering die er enerzijds toe heeft geleid dat patiënten eenvoudiger hun medisch dossier kunnen raadplegen en anderzijds gezondheidszorgbeoefenaars toelaat om onderling andere samenwerkingsvormen te overwegen.

Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke achtte het daarom nuttig om een ontwerp te laten uitwerken om de wet van 22 augustus 2002 een noodzakelijke update te geven.

Het ontwerp kan worden teruggevonden op de website van de Minister van Volksgezondheid.

De toelichting bij het ontwerp verduidelijkt dat men er voor kiest om de patiënt centraal te plaatsen. Het komt de patiënt toe om te bepalen hoe hij zijn gezondheidszorg wil ervaren en dit zowel wanneer hij nog bekwaam is om zijn wil hieromtrent te uiten als wanneer zulks niet langer het geval zou zijn. In het ontwerp worden (onder meer) volgende wijzigingen voorgesteld:

  • De patiënt zal conform het wetsvoorstel kunnen overgaan tot het uittekenen van een voorafgaande zorgplanning, waarbij de doelen en voorkeuren inzake de te verstrekken gezondheidszorg kunnen worden opgenomen;
  • In de wet van 2002 was voorzien dat gezondheidszorgbeoefenaars informatie omtrent de gezondheidstoestand van de patiënt konden achterhouden, indien het meedelen ervan de patiënt een “klaarblijkelijk ernstig nadeel” zou berokkenen. In het ontwerp wordt hieraan toegevoegd dat de gezondheidszorgbeoefenaar dient na te gaan of de informatie mogelijk op een manier kan worden meegedeeld, die minder nadeel berokkent. Overeenkomstig de toelichting bij het ontwerp wordt daarbij bijvoorbeeld gedacht aan een gefaseerde aanpak;
  • Wanneer de patiënt niet meer bij machte is om zijn rechten uit te oefenen, gebeurt dit via een vertegenwoordiger. In het ontwerp wordt expliciet bepaald dat voormelde vertegenwoordiger de rechten van de patiënt zoveel mogelijk samen met de patiënt en in verhouding tot diens begripsvermogen uitoefent. De vertegenwoordiger zal, indien zulks toepasselijk is, bovendien steeds de rechten moeten uitoefenen overeenkomstig de eerder door de patiënt geuite doelen en voorkeuren.
  • Teneinde de patiënt toe te laten om zijn rechten op een geïnformeerde wijze uit te oefenen, worden diverse bepalingen gewijzigd m.b.t. de informatie die aan de patiënt dient te worden verstrekt. Vooral opvallend is dat in het ontwerp wordt toegevoegd dat de gezondheidszorgbeoefenaar informatie dient te verschaffen inzake de financiële gevolgen van bepaalde medische tussenkomsten, dat de patiënt de gezondheidszorgbeoefenaar kan bevragen omtrent diens beroepsbekwaamheid en beroepservaring en dat van de gezondheidszorgbeoefenaar wordt verwacht om complexe informatie voortaan ook schriftelijk mee te delen.

Sommige voorgestelde wijzigingen hebben een aanzienlijke impact op de wijze waarop gezondheidszorg voortaan dient verstrekt te worden.

Daarom kan tot 18 april 2023 door iedereen feedback worden gegeven op het ontwerp.

Bron: Schuermans Advocaten

» Bekijk alle artikels: Medisch & Pharma