Handelspraktijken en consumentenbescherming:
recente topics onder de loep

Dr. Stijn Claeys en mr. Arne Baert (Racine)

Webinar op vrijdag 30 augustus 2024


Aandachtspunten bij het opstellen
en analyseren van ICT-contracten

Mr. Lynn Pype en mr. Liesa Boghaert (Timelex)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Intellectuele eigendomsrechten in de onderneming:
wie is eigenaar van door werknemers en dienstverleners ontwikkelde creaties?

Dr. Nele Somers (ARTES) en mr. Veerle Scheys (Mploy)

Webinar op dinsdag 23 april 2024

The sky is (not) the limit. Is mijn cursus auteursrechtelijk beschermd? (Marlex)

Auteurs: Marc D’hoore en Liesbet Demasure (Marlex)

Cursusmateriaal biedt van nature uit weinig ruimte voor eigen persoonlijke en creatieve inbreng.

In een vonnis van de Ondernemingsrechtbank Gent, afdeling Gent oordeelde de rechtbank dat haar cursusmateriaal niet beantwoordde aan de vereisten voor auteursrechtelijke bescherming.

Teneinde aanspraak te kunnen maken op auteursrechtelijke bescherming, dient effectief te worden aangetoond dat er aan drie voorwaarden voldaan is, i.e.:

  • Een concrete vorm: een louter idee zonder vormgeving (vb. in een geschrift) is out-of-scope;
  • De bijzondere oorsprong: de rechten dienen oorspronkelijk te zijn bekomen door de auteur, dan wel op een bepaald tijdstip te zijn overgenomen ;
  • en het originaliteitsvereiste: eigen intellectuele schepping, als uitdrukking van de persoonlijkheid van de auteur, i.e. het tot uiting brengen van creatieve werkzaamheden.

In tegenstelling tot de drie bovenvermelde criteria, werden in casu door de helikopterinstructeur de onderstaande elementen aangehaald als “onderscheidende elementen” om zijn auteursrechtelijk bescherming op zijn cursus te claimen:

  • De lay-out;
  • De indeling van de leerinhoud;
  • De lesinhoud;
  • De specifieke inlassing van de oefenvragen;
  • De persoonlijke vorm;
  • De eigen uitdrukking aan de lesinhoud die de leerlingen dienen te kennen.

De rechtbank oordeelde vooreerst dat de door de auteur aangehaalde “onderscheidende elementen” geen juridische grondslag was om auteursrechten vast te stellen. Na het toepassen van de bovenvermelde onderscheidende elementen op de drie bovenvermelde officiële criteria (i.e. concrete vorm, bijzondere oorsprong en originaliteitsvereiste), oordeelde de rechtbank dat de betrokken auteur er niet in slaagde om aan te tonen dat deze criteria waren vervuld, omdat “Cursusmateriaal biedt van nature uit weinig ruimte voor eigen persoonlijke en creatieve inbreng”.

Daarenboven was het ook zo dat de cursus geïnspireerd was op een reeds bestaande cursus. Het oorspronkelijkheidsvereiste was bijgevolg niet voldaan: de “oorsprong” lag immers niet bij de auteur, eiser in de zaak, maar bij een andere auteur. Een eventuele update van de cursus aan de hand van gewijzigde wetgeving deed daar niets aan af.

Bron: Marlex

» Bekijk alle artikels: IT & IP