Overeenkomsten met externe consultants:
aandachtspunten anno 2025

Mr. Dieter Dejonghe en mr. Ines Vandevelde

(Claeys & Engels)

Webinar op donderdag 15 mei 2025


Cryptomunten anno 2025:
een stand van zaken

Mr. Jonas Helaut en mr. Mégdi Zagheden

(Everest Advocaten)

Webinar op donderdag 12 juni 2025


Wenst u meerdere opleidingen
te volgen bij LegalLearning?

Overweeg dan zeker ons jaarabonnement 

 

Krijg toegang tot +150 opleidingen

Live & on demand webinars

Voor uzelf en/of uw medewerkers


Bewijsrecht in ondernemingszaken:
een praktijkgericht overzicht

Dhr. Pierre Thiriar (hof van beroep Antwerpen)

Webinar op donderdag 12 juni 2025


Intellectuele rechten: recente ontwikkelingen

Dr. Nele Somers (Artes)

Webinar op dinsdag 20 mei 2025


Het gebruik van AI Chatbots in het handelsverkeer:
juridische aandachtspunten

Mr. Lynn Pype en mr. Liesa Boghaert (Timelex)

Webinar op dinsdag 10 juni 2025

AI en auteursrecht: wie is de echte maker? (consey.legal)

Auteur: Kris Seyen (consey.legal)

AI creëert sneller en slimmer dan ooit, maar mag het ook auteursrechten claimen?

De opkomst van generatieve AI zet de creatieve industrie op zijn kop. Kunst, muziek en teksten kunnen in enkele seconden worden gegenereerd, maar roept dat de vraag op: wie is de echte auteur? Het recente rapport van het US Copyright Office stelt duidelijk dat volledig door AI gegenereerde werken in de VS geen auteursrechtelijke bescherming krijgen. Dit bevestigt een strikte interpretatie van het auteurschap als een uitsluitend menselijke aangelegenheid. Hoewel dit standpunt niet rechtstreeks gevolgen heeft voor België of Europa, plaatst het ons wel in een breder internationaal debat: moeten auteursrechtregels wereldwijd herzien worden om AI een plaats te geven in het creatieve ecosysteem?

De groeiende spanning tussen AI en auteursrecht

Het auteursrecht heeft zich altijd aangepast aan technologische innovaties, van de drukpers tot digitale media. Generatieve AI stelt het systeem echter voor een unieke uitdaging: deze technologie kan schijnbaar originele content produceren zonder directe menselijke tussenkomst.

Dit roept fundamentele vragen op:

  • Wie bezit AI-gegenereerde werken?
  • Kan iemand auteursrechten claimen door simpelweg een prompt in te voeren?
  • Is een hervorming van het auteursrecht nodig om deze nieuwe realiteit aan te pakken?

Spoiler alert: het US Copyright Office stelt dat auteursrecht een exclusief voorrecht van menselijke makers blijft. Toch verschillen de meningen per rechtsgebied, en het debat is nog lang niet beslecht.

Naast het auteurschap brengt AI ook handhavings- en inbreukkwesties met zich mee. AI-modellen worden getraind op grote hoeveelheden bestaande werken, wat kan leiden tot schendingen van auteursrechten. Hoewel dit losstaat van de vraag of AI zelf auteursrechtelijk beschermd kan worden, krijgt het onderwerp steeds meer aandacht in beleidskringen en rechtszaken. Het is wellicht een goed onderwerp voor een andere blogpost!

De fundamenten van het auteursrecht

Auteursrechtwetten delen fundamentele principes, maar hun toepassing varieert per land. In de kern rusten de meeste auteursrechtwetten op drie essentiële elementen: originaliteit, vastlegging en menselijk auteurschap. Deze principes helpen de reikwijdte van het auteursrecht te definiëren en zorgen ervoor dat creatieve werken juridische erkenning krijgen.

Originaliteit

Originaliteit is een fundamentele vereiste voor auteursrechtelijke bescherming. Een werk moet onafhankelijk door de auteur gecreëerd zijn en een zekere mate van creativiteit weerspiegelen. Dit betekent niet dat het baanbrekend of volledig uniek moet zijn, maar het moet minstens een minimale mate van creatieve expressie bevatten.

Rechtbanken beoordelen originaliteit vaak door te onderzoeken of een auteur bewuste keuzes heeft gemaakt in de compositie, structuur of selectie van elementen binnen het werk. Een eenvoudige verzameling feitelijke gegevens voldoet bijvoorbeeld mogelijk niet aan de originaliteitsdrempel, maar de creatieve ordening van die feiten op een expressieve manier kan wel in aanmerking komen voor bescherming.

In de context van AI-gegeneerde werken wordt originaliteit een betwistbaar onderwerp: kan een machine creativiteit uitoefenen, of volgt het slechts een algoritmisch patroon dat door mensen is ontworpen? Juridische denkkaders die de nadruk leggen op menselijke inventiviteit, zijn geneigd AI-gegeneerde content te verwerpen als onvoldoende origineel voor auteursrechtelijke bescherming.

Vastlegging

Vastlegging verwijst naar de vereiste dat een creatief werk moet zijn vastgelegd of belichaamd in een tastbare vorm. Dit zorgt ervoor dat een idee op zich niet auteursrechtelijk beschermd kan worden—er moet een concrete manifestatievan het werk zijn, zoals een geschreven manuscript, een opgenomen lied of een opgeslagen digitaal beeld.

De vastleggingsvereiste is vooral relevant in het digitale tijdperk, waar content zich soms in vluchtige staten bevindt, zoals live-uitzendingen of tijdelijke digitale bestanden. Veel jurisdicties specificeren dat digitale bestanden als vastgelegde werken kwalificeren als ze kunnen worden waargenomen, gereproduceerd of gecommuniceerd voor meer dan een kort moment.

Bij AI-gegeneerde werken is vastlegging meestal geen probleem, aangezien AI-gecreëerde content vaak wordt opgeslagen in een herroepbare vorm. Maar de vraag blijft:wie fixeert het werk—de AI of de menselijke gebruiker? Rechtbanken en beleidsmakers blijven debatteren over de vraag of de persoon die invoer levert aan een AI-systeem een significante rol speelt bij het vervullen van de vastleggingsvereiste.

Menselijk auteurschap

Menselijk auteurschap is misschien wel het meest omstreden principe in de discussie over AI en auteursrecht. Traditioneel erkennen auteursrechtwetten alleen natuurlijke personen als auteurs, zodatmenselijke creativiteit de drijvende kracht blijft achter juridische bescherming.

De redenering hierachter is dat het auteursrecht bedoeld is om menselijke creatieve inspanningen te belonen en te stimuleren. AI-gegeneerde werken dagen deze aanname uit door inhoud te produceren die creatief lijkt, maar geen menselijke intentie of auteurschap bevat. In veel rechtsgebieden, zoals de VS en de EU, wordt auteursrechtelijke bescherming alleen toegekend aan werken waarin een mens betekenisvolle creatieve beslissingen heeft genomen. Daarentegen staan sommige jurisdicties, zoals het VK, een zekere mate van auteursrechtelijke erkenning toe voor computergeneerde werken, zij het met beperkingen. De vraag of AI zelf als auteur erkend kan worden, blijft een van de meest urgente juridische debatten binnen het moderne auteursrecht.

Hoewel deze principes breed toepasbaar zijn, hanteren verschillende rechtsgebieden uiteenlopende benaderingen voor AI-gegeneerde werken. Sommige landen, zoals het VK en China, tonen meer bereidheid om AI-geassisteerde werken te beschermen, terwijl anderen, waaronder de EU en de VS, stevig vasthouden aan het principe dat alleen menselijke creativiteit auteursrechtelijke bescherming verdient.

Auteursrecht op AI-creaties wereldwijd: een juridisch mozaïek

De juridische status van AI-gegeneerde werken varieert sterk per rechtsgebied. Hoewel veel landen nog zoekende zijn naar een sluitend wettelijk kader, zijn er al belangrijke standpunten ingenomen door rechtbanken en wetgevers. Hieronder volgt een overzicht van hoe verschillende jurisdicties omgaan met de vraag:kan een AI-gegenereerd werk auteursrechtelijke bescherming genieten?

Verenigde Staten: alleen menselijke auteurschap telt

In de VS heeft hetUS Copyright Office zich expliciet uitgesproken: volledig door AI-gegeneerde werken komen niet in aanmerking voor auteursrechtelijke bescherming. Dit standpunt werd vastgelegd in beleidsverklaringen en bevestigd door rechtbankuitspraken.

De zaak Thaler v. Perlmutter (2023)

Een belangrijke rechtszaak die dit principe verankerde is Thaler v. Perlmutter (2023). Stephen Thaler, de bedenker van de AI-systeem Creativity Machine, probeerde een door deze AI gegenereerd werk te registreren met de AI zelf als auteur. Het US Copyright Office weigerde de aanvraag, en Thaler vocht dit aan.

De rechtbank oordeelde echter dat auteurschap onder de Amerikaanse Copyright Act exclusief is voorbehouden aan menselijke scheppers. De uitspraak onderstreepte dat een creatief werk alleen bescherming geniet als een mens betekenisvolle creatieve controle heeft uitgeoefend. Dit betekent dat hoewel AI een hulpmiddel kan zijn, de uiteindelijke creatieve keuzes van een mens moeten komen.

Wat zegt het US Copyright Office over menselijke bijdrage?

Naast de uitspraak in Thaler v. Perlmutter heeft het US Copyright Office zijn standpunt verder uitgewerkt in de AI Copyright Policy Guidance. Hierin wordt verduidelijkt dat volledig door AI-gegeneerde werken niet in aanmerking komen voor auteursrecht, tenzij de menselijke gebruiker een significante creatieve rol speelt in het eindresultaat.

Het Copyright Office maakt een duidelijk onderscheid tussen AI als hulpmiddel en AI als primaire maker. Wanneer een AI-tool grotendeels autonoom een werk genereert, zonder wezenlijke menselijke ingrepen, wordt het resultaat niet beschermd door het auteursrecht. Enkel wanneer een mens actieve creatieve keuzes maakt die de uitvoer inhoudelijk beïnvloeden, kan hij of zij auteursrecht claimen.

Wat wordt dan als menselijke creatieve bijdrage beschouwd?

  • Actieve selectie en rangschikking: Een gebruiker die AI-output combineert, ordent en aanpast op een manier die een eigen creatieve visie weerspiegelt, kan auteursrecht verkrijgen.
  • Bewerkingen en aanpassingen: Indien AI-gegeneerde content ingrijpend wordt aangepast – bijvoorbeeld door een kunstenaar die handmatig details toevoegt of een schrijver die AI-gegenereerde tekst herschrijft – kan het eindresultaat auteursrechtelijk beschermd worden.
  • Iteratieve creatieve sturing: Een enkele prompt invoeren is onvoldoende, maar als een gebruiker actief en op basis van een creatief concept het AI-generatieproces bijstuurt door uitvoer te verfijnen en te herschrijven, kan auteursrecht ontstaan.

Wat wordt niet als auteursrechtelijke bijdrage gezien?

  • Het enkel invoeren van een prompt: Een korte opdracht zoals “een futuristische stad” of “een gedicht in de stijl van Shakespeare” volstaat niet.
  • Louter selecteren van AI-output: Als een gebruiker simpelweg de “beste” gegenereerde afbeelding of tekst kiest zonder verdere aanpassingen, ontstaat er geen auteursrecht.
  • Automatische bewerkingen door AI: Kleine aanpassingen, zoals kleurfilters of automatische stijlveranderingen, worden niet gezien als menselijke creativiteit.

Kortom, het US Copyright Office hanteert een strikte definitie van menselijke auteurschap, waarbij het niet voldoende is om AI slechts een opdracht te geven. Creatieve controle en inhoudelijke bewerkingen door een mens zijn essentieel om auteursrechtelijke bescherming te verkrijgen.

Europese Unie: enkel menselijke inbreng telt, maar debat blijft groeien

In de EU Auteursrechtrichtlijn (2019) wordt impliciet aangenomen dat een auteur een natuurlijk persoon moet zijn. Dit principe wordt door rechtbanken in verschillende lidstaten ondersteund, waardoor volledig door AI-gegeneerde werken niet beschermd worden onder het EU-auteursrecht.

Rechtspraak en beleidsontwikkelingen:

  • De Duitse en Franse auteursrechtautoriteiten hebben bevestigd dat AI-gegenereerde content geen auteursrechtelijke bescherming geniet zonder menselijke creatieve input.
  • Het EU Hof van Justitie heeft zich nog niet expliciet over de kwestie uitgesproken, maar in eerdere arresten over auteurschap (Infopaq en Painer) werd al benadrukt dat persoonlijke, creatieve keuzes een essentiële vereiste zijn voor auteursrechtelijke bescherming.

Daarnaast speelt het morele rechten-concept een belangrijke rol in Europa. Auteurs hebben hier persoonlijke en onoverdraagbare rechten op hun werk, wat problematisch is als de “maker” geen persoon is.

Hoewel de EU nog geen AI-specifieke auteursrechtelijke regelgeving heeft, wordt in het kader van de AI Act nagedacht over een transparantieregime voor AI-gegeneerde content. Sommige beleidsmakers stellen ook naburige rechten voor als alternatief model, vergelijkbaar met databankrechten.

Verenigd Koninkrijk: AI-gegenereerde werken krijgen beperkte bescherming

Het VK heeft een uniek model, waarin bepaalde computergegenereerde werken onder voorwaarden beschermd kunnen worden.

Volgens de UK Copyright, Designs and Patents Act 1988, sectie 9(3), wordt bij een computergegenereerd werk de auteur beschouwd als “de persoon die de regelingen heeft getroffen voor het creëren van het werk”. Dit betekent dat in het VK een AI-gegenereerd werk auteursrecht kan genieten, maar de bescherming zwakker is dan bij menselijke creaties:

  • De bescherming duurt slechts 50 jaar (tegenover 70 jaar voor menselijke werken).
  • Er is geen moreel recht verbonden aan AI-gegeneerde werken, waardoor de creatie minder juridische status heeft dan een door een mens gemaakt werk.

Dit VK-model staat op gespannen voet met moderne AI-technologieën. Er is nog geen rechterlijke toetsing geweest van hoe deze bepaling zou worden toegepast op generatieve AI zoals ChatGPT of Midjourney. De UK Intellectual Property Office (UKIPO) onderzoekt momenteel of hervormingen nodig zijn.

China: rechtbank erkent AI-geassisteerde werken als auteursrechtelijk beschermd

China heeft zich gepositioneerd als een van de eerste landen ter wereld waar een rechtbank expliciet uitspraak deed over auteursrecht op AI-gegeneerde werken. In een baanbrekend vonnis uit 2023, uitgesproken door het Beijing Internet Court, werd geoordeeld dat een AI-gegeneerd beeld in aanmerking kwam voor auteursrechtelijke bescherming.

De zaak draaide om een afbeelding die met behulp van generatieve AI was gecreëerd. Een Chinese internetgebruiker had een visueel kunstwerk gegenereerd via een AI-tool en beweerde dat dit werk zijn intellectuele eigendom was. Toen een ander bedrijf het beeld zonder toestemming gebruikte, spande de oorspronkelijke gebruiker een rechtszaak aan.

De rechtbank stond voor een fundamentele vraag: kon een door AI-gegeneerd werk worden beschermd onder het Chinese auteursrecht?

Het Beijing Internet Court oordeelde dat het werk auteursrechtelijke bescherming genoot, maar legde daarbij een belangrijk criterium vast:

  • De menselijke gebruiker moest voldoende creatieve controle hebben uitgeoefend over de gegenereerde output.
  • Louter een prompt invoeren was niet genoeg – er moest sprake zijn van substantieel menselijk ingrijpen.

Deze uitspraak is een van de eerste wereldwijdeprecedenten waarbij een AI-geassisteerd werk daadwerkelijk auteursrecht kreeg. Dit toont aan dat China niet enkel een technologisch volger is, maar actief een juridisch kader ontwikkelt rond AI en intellectuele eigendom.

Bovendien heeft China de mogelijkheid geopperd om AI-gegeneerde werken te beschermen onder een apart, nieuw rechtensysteem, vergelijkbaar met hoe databanken juridische bescherming genieten. Dit zou betekenen dat AI-creaties niet onder klassiek auteursrecht vallen, maar wel onder een soortgelijke juridische bescherming.

Het beleid rond AI en intellectuele eigendom in China is nog in volle ontwikkeling, maar deze vroege rechtszaak suggereert dat China een meer pragmatische benadering kiest dan het Westen. In plaats van een strikte afwijzing (zoals in de VS en EU), zoekt China naar manieren om innovatie en AI-gebruik juridisch te kaderen, wat het een pioniersrol geeft in deze snel evoluerende sector.

Is een prompt auteursrechtelijk beschermd?

De discussie over AI en auteursrecht richt zich meestal op het gegenereerde eindresultaat: kan een door AI gecreëerd werk auteursrechtelijk beschermd worden? Maar een andere, minder besproken vraag is minstens zo interessant: heeft de prompt die een gebruiker invoert auteursrechtelijke bescherming? Sommigen beweren dat complexe, zorgvuldig geformuleerde prompts intellectuele creaties op zichzelf zijn en bescherming verdienen, terwijl anderen stellen dat een prompt niet meer is dan een technische instructie zonder eigen creatieve waarde.

Wanneer is een prompt een creatief werk?

Het auteursrecht beschermt werken die een zekere mate van originaliteit en creatieve inspanning vertonen. Dit betekent dat een tekst, om auteursrechtelijk beschermd te zijn, niet louter functioneel mag zijn, maar eeneigen intellectuele creatie moet weerspiegelen. In de praktijk betekent dit dat niet elke prompt onder het auteursrecht zal vallen.

Een eenvoudige instructie zoals“Maak een schilderij van een zonsondergang” is niet auteursrechtelijk beschermd, omdat het een algemene en beschrijvende opdracht is zonder enige unieke creatieve inbreng. Daarentegen kan een zeer uitgebreide prompt, waarin een gebruiker een complexe visuele scène in detail beschrijft met unieke stijlrichtlijnen en narratieve elementen, mogelijk wél auteursrechtelijke bescherming genieten. Dit zou dan eerder worden gezien als een vorm van literaire expressie dan als een louter functionele opdracht aan een AI-model.

Toch blijft er een fundamenteel probleem: auteursrecht beschermt de expressie van ideeën, maar niet de ideeën zelf. Een gedetailleerde prompt kan in sommige gevallen worden beschouwd als een creatieve uiting, maar als die prompt slechts instructies bevat over hoe een AI een beeld of tekst moet genereren, dan blijft het de vraag of dit voldoende is om auteursrechtelijke bescherming te claimen.

Wat betekent dit voor gebruikers en bedrijven?

De juridische onzekerheid rond prompts betekent dat er voor AI-gebruikers en bedrijven nog veel onduidelijkheid is over wie de rechten bezit op complexe tekstinstructies. In de zakelijke wereld zouden bedrijven hun prompts als bedrijfsgeheim kunnen behandelen, door ze te beschermen via contracten en vertrouwelijkheidsovereenkomsten in plaats van via het auteursrecht. Dit zou vooral relevant kunnen zijn voor AI-specialisten die unieke en geavanceerde prompts ontwikkelen om specifieke resultaten te verkrijgen.

Voor de meeste individuele gebruikers zal een prompt op zichzelf niet auteursrechtelijk beschermd zijn, tenzij die zo complex en origineel is dat het beschouwd kan worden als een op zichzelf staand creatief werk. De toekomst zal uitwijzen of rechtbanken prompts ooit als volwaardige intellectuele eigendom gaan beschouwen, maar voorlopig blijft het een juridisch grijs gebied zonder sluitend antwoord.

Oorspronkelijkheid in het creatieve AI-proces

Een cruciale voorwaarde voor auteursrechtelijke bescherming is oorspronkelijkheid. Maar hoe beoordeel je oorspronkelijkheid wanneer AI een rol speelt in het creatieve proces? Dit hangt af van hoeveel menselijke inbreng er is tijdens de verschillende fasen van creatie.

Je kunt het proces opdelen in drie fasen: ontwerpfase, uitvoeringsfase en redactiefase. In elke fase verschilt de balans tussen menselijke creativiteit en AI-ondersteuning, wat bepaalt of het uiteindelijke werk auteursrechtelijk beschermd kan zijn.

(c) 2025. consey

Ontwerpfase: volledige menselijke controle

In de ontwerpfase is de mens dominant. Dit is het moment waarop een concept wordt bedacht, de stijl wordt bepaald en de creatieve visie wordt uitgewerkt. AI speelt hier geen rol: de gebruiker bepaalt volledig hoe het eindresultaat eruit moet zien. Dit betekent dat alles wat in deze fase wordt vastgelegd, doorgaans oorspronkelijk is en dus in aanmerking komt voor auteursrechtelijke bescherming.

Uitvoeringsfase: AI als hulpmiddel, mens als gids

In de uitvoeringsfase verschuift de balans. Hier wordt het concept daadwerkelijk omgezet in een concreet werk, en AI kan daarbij een belangrijke rol spelen. Denk aan het genereren van afbeeldingen, muziek of tekst op basis van een gedetailleerde prompt. De AI is dominant in de uitvoer, maar de gebruiker gidst het proces door instructies te verfijnen en de gegenereerde output te selecteren of bij te sturen.

Juridisch gezien is deze fase een grijs gebied. Als de menselijke gebruiker slechts een simpele prompt invoert zonder verdere ingrepen, dan zal het resulterende werk waarschijnlijk niet onder het auteursrecht vallen. Maar als de gebruiker een actieve en creatieve rol speelt door AI-gegenereerde output aan te passen of te combineren, kan het werk alsnog oorspronkelijkheid vertonen en bescherming genieten.

Redactiefase: afhankelijk van menselijke tussenkomst

In de redactiefase wordt het AI-gegenereerde werk beoordeeld, gewijzigd of verfijnd. De mate van menselijke tussenkomst kan sterk variëren: sommige gebruikers accepteren het AI-resultaat zonder verdere aanpassingen, terwijl anderen intensief bewerken en herschrijven.

Juridisch is deze fase case-by-case te beoordelen. Wie AI-output klakkeloos overneemt, kan geen auteursrecht claimen, maar wie diepgaande bewerkingen uitvoert en het werk verrijkt met eigen creatieve inbreng, kan wel bescherming verkrijgen.

Wat betekent dit voor auteursrecht?

Hoe meer een maker zich beperkt tot de uitvoeringsfase, hoe kleiner de kans op auteursrechtelijke bescherming. Het is de menselijke oorspronkelijkheid in het proces die telt. Werk dat voortkomt uit een puur AI-gestuurde uitvoer zonder verdere bewerking zal zelden beschermd zijn, terwijl een intensieve redactie of creatieve tussenkomst wél auteursrechten kan genereren.

Met deze driedeling wordt duidelijk waarom AI-gebruik niet automatisch leidt tot auteursrechtelijke bescherming en waarom menselijke creativiteit essentieel blijft in het auteursrecht.

Wat brengt de toekomst?

De conclusie is duidelijk: AI kan geen zelfstandig auteurschap claimen. Zowel het US Copyright Office als de EU bevestigen dat menselijke creativiteit de kern blijft van het auteursrecht. AI is een krachtig hulpmiddel, maar het is en blijft een tool—geen maker. Dat is een faire en logische uitkomst: intellectuele eigendom beschermt de menselijke inspanning en creativiteit, niet de output van een algoritme.

Toch staat de juridische wereld niet stil. Hoewel er geen grote revolutie lijkt aan te komen waarbij AI plots volledige auteursrechten krijgt, blijven beleidsmakers wereldwijd zoeken naar manieren om met deze nieuwe realiteit om te gaan. Sommige landen experimenteren met AI-specifieke regelgeving, terwijl anderen de bestaande wetgeving simpelweg interpreteren in het licht van nieuwe technologieën. Ondertussen blijven AI-gestuurde creatieve processen de grenzen van het recht uitdagen. Wie bepaalt wat echt origineel is, als AI steeds slimmer wordt?

Waar de wet geen pasklaar antwoord biedt, kan het privaatrecht wél flexibiliteit geven. Met de juiste contractuele afspraken kan worden vastgelegd wie welke rechten heeft over AI-gegeneerde content. Dit biedt bedrijven en makers een praktische oplossing om onzekerheden te vermijden en intellectuele eigendom correct te beheren.

Bron: consey.legal

» Bekijk alle artikels: IT & IP, Innovation & AI

Boeken in de kijker: