Vlaamse erfbelasting:
10 fictiebepalingen onder de loep (incl. boek)

Prof. dr. Ayfer Aydogan (ECGB Advocaten / UGent)

Webinar op vrijdag 17 november 2023


Tegenwerpelijkheid en afdwingbaarheid van vermogensrechten aan de failliete boedel:
12 topics onder de loep (incl. boek)

Dr. Sander Baeyens (Freshfields)

Webinar op donderdag 8 juni 2023


De gevolgen van het contract voor derden
Een analyse na de inwerkingtreding van Boek 5
(Incl. boek)

Prof. dr. Vincent Sagaert (KU Leuven / Eubelius)

Webinar op dinsdag 12 september 2023

Grensoverschrijdende executie en de regeling inzake borgstelling. Cassatie-arrest van 10 maart 2023 (Omega Law)

Auteur: Sven Sobrie (Omega Law)

Wanneer u door een buitenlandse partij wordt gedagvaard voor de Belgische rechter, dan brengt dat risico’s met zich mee, zelfs al hebt u het recht volledig aan uw kant. Immers, indien de rechter de vordering afwijst, dan zal hij de buitenlandse eiser weliswaar in de kosten verwijzen, maar het zal voor u niet evident zijn om die kostenveroordeling daadwerkelijk te verzilveren. Grensoverschrijdende executie is geen ‘walk in the park’.

De artn. 851-852 Ger.W. voorzien in een oplossing. U kan de rechter vragen om aan de eisende ‘vreemdeling’ een borgstelling op te leggen, strekkende tot zekerheid van betaling van de mogelijks uit het geding voortvloeiende kosten en schadevergoedingen (bv. voor procesrechtsmisbruik).

Het Grondwettelijk Hof  (arrest nr. 135/2018 van 11 oktober 2018) oordeelde evenwel dat deze regeling discriminerend is, in zoverre deze regeling niet ook van toepassing is op Belgen die in het buitenland verblijven en in België geen of onvoldoende activa hebben. Met de woorden van het Hof: “Het is immers niet de nationaliteit van de eiser maar wel de omstandigheid dat hij in het buitenland verblijft en in België geen goed bezit dat als waarborg kan dienen, die de verweerder kan doen vrezen dat hij wordt geconfronteerd met de onmogelijkheid in de praktijk om de uitgegeven bedragen terug te vorderen”.

De gevolgen van de regeling werden niettemin gehandhaafd zolang de wetgever de vastgestelde grondwetsschending niet verhelpt en uiterlijk tot 31 augustus 2019.

Die datum is ondertussen ruim overschreden, en de regeling is tot op heden nog steeds niet aangepast.

U kan dat schuldig verzuim vinden in hoofde van de wetgever, en ik zal u niet tegenspreken.

Ook het Hof van Cassatie is het wachten beu. Het oordeelt dat het aan de rechter is om de ongrondwettige leemte te verhelpen via een grondwetsconforme interpretatie:

“Een grondwetsconforme interpretatie van artikel 851 Gerechtelijk Wetboek, overeenkomstig voormeld arrest van 11 oktober 2018, houdt in dat de bedoelde exceptie kan worden opgeworpen tegen elke eiser, ongeacht zijn nationaliteit, die in het buitenland woont of verblijft en in België over onvoldoende vermogen beschikt om in te staan voor de financiële gevolgen van een eventuele veroordeling, tenzij een internationale overeenkomst tot vrijstelling van borgstelling geldt.”

Lees hier het Cassatie-arrest van 10 maart 2023

» Bekijk alle artikels: Geschillen & Procedure