Vereffening-verdeling van nalatenschappen:
16 probleemstellingen

Mr. Nathalie Labeeuw (Cazimir)

Webinar op vrijdag 26 april 2024


Woninghuur in Vlaanderen en Brussel:
het antwoord op 25 praktijkvragen

Mr. Ulrike Beuselinck en mr. Koen De Puydt (Seeds of Law)

Webinar op dinsdag 27 augustus 2024


Het nieuwe Boek 6 en de impact
voor de bouw- en vastgoedsector:
10 aandachtspunten

Prof. dr. Kristof Uytterhoeven (Caluwaerts Uytterhoeven)

Webinar op dinsdag 23 april 2024


Vastgoedtransacties
door én met administratieve overheden:
overheidsopdracht of uitgesloten vastgoeddienst?

Dhr. Constant De Koninck (Rekenhof)

Webinar op donderdag 13 juni 2024


Recente wetgevende ontwikkelingen
met impact op de bouwsector

Prof. dr. Kristof Uytterhoeven (Caluwaerts Uytterhoeven)

Webinar op dinsdag 27 augustus 2024


Aansprakelijkheid van hulppersonen
in en buiten de contractketting.
Een analyse in het licht van Boek 6

Prof. dr. Ignace Claeys en mr. Camille Desmet (Eubelius)

Webinar op vrijdag 30 augustus 2024

Zeg niet te gauw, specialist in de bouw (MT Law)

Auteur: Michael Thielens (MT Law)

Specialist in prefab”, “ongeëvenaarde expertise in betonvloeren”, “all round specialist in HVAC” … Vijf minuten op de websites van verschillende bouwactoren (aannemers, architecten, studiebureaus etc.) levert ons al snel een handje vol synoniemen van “specialist” op. Toch past men beter op waarin men zich specialist verklaart, nu rechtbanken het (geprofileerd) specialisme ook gebruiken om de verbintenissen van deze bouwactoren in te vullen en te interpreteren.

Elke contractuele verbintenis van een bouwactor kan worden teruggebracht tot het onderscheid tussen een resultaatsverbintenis en een middelenverbintenis. Bij een resultaatsverbintenis verbindt de bouwactor zich tot een bepaald resultaat zodat de bouwheer kan volstaan met te wijzen op het uitblijven van het resultaat om een fout in hoofde van de bouwactor aan te tonen, waarbij de bouwactor zich enkel kan bevrijden van aansprakelijkheid door een vreemde oorzaak te bewijzen. Bij een middelenverbintenis verbindt de bouwactor zich tot het aanwenden van alle middelen die een normaal, zorgvuldig en vooruitziend bouwactor zou aanwenden om het resultaat te bereiken. De bouwheer kan in dat geval niet volstaan met het louter wijzen op het uitblijven van het resultaat, maar zal actief moeten aantonen dat de bouwactor niet alle voormelde middelen heeft aangewend wat heeft geleid tot het uitblijven van het resultaat, waarbij de bouwactor zich kan bevrijden van aansprakelijkheid door het tegendeel te bewijzen.

Hoe bepalen we nu of een verbintenis van een bouwactor een resultaats- dan wel een middelenverbintenis is? Specialisme is één van de parameters, aldus het hof van beroep Brussel (Brussel 30 januari 2018). Van een gespecialiseerde bouwactor wordt makkelijker aangenomen dat hij zich verbindt tot een bepaald resultaat voor zover de werken uit hun aard niet bepaalde risico’s met zich meebrengen.

Een korte toelichting van voormeld arrest van het hof van beroep Brussel maakt dit mogelijk minder abstract. Een aannemer sanitair verbindt zich tot het plaatsen van een nieuwe thermostatische kraan met leidingen in een badkamer. Enkele dagen later springt één van de leidingen in de badkamer met waterschade tot gevolg. De bouwheer wijst naar de aannemer: “U heeft de koperen onvoldoende aangeschroefd en daardoor is de leiding gesprongen”. De aannemer wijst naar de bouwheer: “Uw expansievat was stuk, met niet-functionerende overdrukklep, waardoor er een overdruk is ontstaan en de leiding is gesprongen”. Technische zekerheid over wat eerst was, en of het ene het gevolg was van het andere, kon niet worden bereikt zodat het hof van beroep terugkoppelt naar de essentie: is de verbintenis van de aannemer een resultaatsverbintenis (zodat de bouwheer kan volstaan met het bewijzen van het uitblijven van het resultaat, i.e. de gesprongen leidingen, en de aannemer zich enkel kan bevrijden door een vreemde oorzaak te bewijzen, i.e. het gebrekkig expansievat / overdrukklep) of een middelenverbintenis (zodat de bouwheer moet bewijzen dat de aannemer niet alle middelen heeft aangewend die een normaal, zorgvuldig en vooruitziend aannemer zou hebben aangewend, i.e. het onvoldoende aanschroeven van de leiding)? Het hof van beroep gaat voor de kwalificatie als resultaatsverbintenis:

“Aannemer V.D. is als sanitair installateur een gespecialiseerde aannemer die een specifieke activiteit uitoefent. Hij werd belast met de uitvoering van een welbepaald werk, namelijk de plaatsing van een nieuwe thermostatische kraan met de daartoe vereiste nieuwe leidingen en koppelingen. Een dergelijk werk brengt niet uit zijn aard bepaalde risico’s mee die tot gevolg zouden hebben dat het beoogde resultaat niet op voorhand kan worden gegarandeerd. Bijgevolg voert AG terecht aan dat op de sanitair installateur de resultaatsverbintenis rustte om een installatie, bestaande uit een kraan met leidingen en koppelingen, aan te leggen die tegen de waterdruk bestand was.” (Eigen benadrukking door onderlijning)

Belangrijk om hierbij aan te stippen, is dat de rechtspraak niet alleen kijkt naar het specialisme dat een bouwactor daadwerkelijk bezit, maar ook naar het specialisme dat een bouwactor profileert te hebben, zo ook de rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen per vonnis van 16 februari 2016:

Derde verweerder mag dan geen uitermate gespecialiseerde aannemer zijn. In zijn reclame profileert hij zich toch onder meer als een aannemer die vertrouwd is met renovatiewerken, gyprocwanden, plafonds, algemene aannemingen en dakwerken.”

Dit gaat niet enkel over publiciteit op websites, maar ook over verkooplastenboeken (Antwerpen 19 november 2015), briefhoofding (Brussel 2 september 2014) en alle documenten waarmee verwachtingen worden gecreëerd in hoofde van de bouwheer (Antwerpen 19 november 2015)

(Geprofileerd) specialisme zorgt er bovendien niet alleen voor dat een bouwactor zijn eigen verbintenissen binnen zijn vakgebied perfect moet beheersen, maar ook dat hij op de hoogte moet zijn van de verbintenissen van anderen binnen zijn vakgebied wat in het bijzonder van belang is bij de “informatie- en waarschuwingsplicht” in hoofde van een aannemer met betrekking tot fouten en hiaten in de plannen van een architect (Gent 8 april 2016). Of zoals de rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen dit scherp stelt per vonnis van 7 juni 2016:

“Om de concrete modaliteiten en draagwijdte van deze informatieverplichting correct te beoordelen is het van belang na te gaan in hoeverre (de aannemer) als specialist kan worden beschouwd. Specialisten worden immers geacht hun discipline perfect te beheersen en mogen verondersteld worden op de hoogte te zijn van bepaalde fenomenen die in de vakliteratuur besproken worden.” (Eigen benadrukking door onderlijning)

Dat het recht bepaalde gevolgen verbindt aan het (geprofileerd) specialisme dient een bouwactor er evenwel niet van te weerhouden zijn vakkennis te etaleren. Men dient er enkel voor te zorgen dat het (geprofileerd) specialisme ook overeenstemt met de realiteit en dat het gebruik van de term en synoniemen een weloverwogen keuze is.

Bron: MT Law

» Bekijk alle artikels: Bouw & Vastgoed, Verbintenissen & Goederen