Aansprakelijkheid van hulppersonen
in en buiten de contractketting.
Een analyse in het licht van Boek 6

Prof. dr. Ignace Claeys en mr. Camille Desmet (Eubelius)

Webinar op vrijdag 30 augustus 2024


Woninghuur in Vlaanderen en Brussel:
het antwoord op 25 praktijkvragen

Mr. Ulrike Beuselinck en mr. Koen De Puydt (Seeds of Law)

Webinar op dinsdag 27 augustus 2024


Het nieuwe Boek 6 en de impact inzake verzekeringen:
een analyse aan de hand van 10 knelpunten

Mr. Sandra Lodewijckx en mr. Pieter-Jan Van Mierlo (Lydian)

Webinar op vrijdag 26 april 2024


Het nieuwe Boek 6 en de impact
voor de bouw- en vastgoedsector:
10 aandachtspunten

Prof. dr. Kristof Uytterhoeven (Caluwaerts Uytterhoeven)

Webinar op dinsdag 23 april 2024


Vastgoedtransacties
door én met administratieve overheden:
overheidsopdracht of uitgesloten vastgoeddienst?

Dhr. Constant De Koninck (Rekenhof)

Webinar op donderdag 13 juni 2024


Recente wetgevende ontwikkelingen
met impact op de bouwsector

Prof. dr. Kristof Uytterhoeven (Caluwaerts Uytterhoeven)

Webinar op dinsdag 27 augustus 2024

Verplicht traceerbaarheids-systeem bij grote sloop-werven: VLAREMA sinds 1 juli 2022 gewijzigd (Marlex)

Auteur: Gregory Vermaercke en Marie Hoste (Marlex)

Vanaf 1 juli 2022 is de conformverklaring en de tracering van sloopafval bij bepaalde sloop-, renovatie- of ontmantelingswerken verplicht. De nieuwe vereisten worden opgenomen onder artikel 4.3.3. j° artikel 4.3.5. VLAREMA. Dit is een aanvulling bij de bestaande verplichting tot het opmaken van een sloopopvolgingsplan.

VLAREMA 8 wijzigde het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (hierna: VLAREMA). Dit Wijzigingsbesluit werd in de zomer van 2021 goedgekeurd. De wijzigingen zijn gericht op het bevorderen van de traceerbaarheid van bepaalde afvalstoffen zoals bijvoorbeeld sloopafval of asbest.

Sinds 2018 moet de omgevingsvergunningsaanvraag voor stedenbouwkundige handelingen zoals het afbreken, ontmantelen of renoveren van een gebouw, infrastructuur of wegenis een sloopopvolgingsplan (hierna: SOP) bevatten. In dit plan wordt de werf samen met alle afvalstoffen die zullen vrijkomen, geïdentificeerd. Artikel 4.3.3. VLAREMA bepaalt de gevallen waarin een SOP vereist is. De verplichting geldt voor het slopen van niet-residentiële gebouwen met een totaal bouwvolume dat groter is dan 1000m³. Een SOP is verplicht bij het slopen van residentiële gebouwen indien het totale bouwvolume 5000m³ overstijgt. Sloopwerken bij eengezinswoningen vormen een uitzondering: een SOP is niet vereist. Bij vergunningsplichtige infrastructuurwerken en onderhoudswerken aan infrastructuur waarvan het volume groter is dan 250m³ is de opmaak van een SOP eveneens verplicht. Wanneer het SOP ontbreekt, zal de omgevingsvergunningsaanvraag geweigerd worden. Tot 30 juni 2022 konden opdrachtgevers en/of uitvoerders van sloopwerken de traceerbaarheidsprocedure vrijwillig volgen.

Voor alle vergunningsaanvragen die worden ingediend na 30 juni 2022 moet de traceerbaarheidsprocedure verplicht worden gevolgd. De standaardprocedure traceerbaarheid sloopmateriaal werd uitgewerkt in Bijlage 1 bij het Ministerieel Besluit van 2 september 2019 tot wijziging van de bijlage bij het Ministerieel Besluit van 3 februari 2017.

Het SOP dient op grond van artikel 4.3.3., §3 VLAREMA vooreerst conform verklaard te worden door een sloopbeheerorganisatie. TRACIMAT vzw – erkend overeenkomstig artikel 4.3.6. e.v. VLAREMA – is op vandaag de enige sloopbeheerorganisatie. De conformverklaring bevestigt dat het SOP correct werd opgesteld en dat het onderzoek werd uitgevoerd in overeenstemming met de wettelijke vereisten en volgens de standaardprocedures.

Vervolgens informeert de uitvoerder van de sloopwerken de sloopbeheerorganisatie vijftien dagen voor aanvang van de werken over de geplande start. In gebouwen met een bouwvolume van 1000m³ of meer waar asbest geïdentificeerd werd, is een controlebezoek van de sloopdeskundige vereist. Na het eventuele controlebezoek dient de uitvoerder van de sloopwerken een verwerkingstoelating (hierna: VWT) aan te vragen bij de sloopbeheerorganisatie. De VWT geeft aan dat het puin afkomstig is van een sloop waarbij alle gevaarlijke afvalstoffen voorafgaand aan de eigenlijke sloop verwijderd werden. Op basis van deze gegevens is het mogelijk het puin af te voeren voor verwerking. Er wordt een controleverslag opgesteld en de sloopdeskundige evalueert het verloop op de werf. De sloopbeheerorganisatie ontvangt de informatie met betrekking tot de tracering van de materialen. Nadat alle werken afgerond zijn en het controleverslag werd goedgekeurd, ontvangt de uitvoerder van de sloopwerken het vereiste sloopattest. Hét bewijs dat de werken conform het sloopbeheersysteem gebeurden.

Inbreuken op de traceerbaarheidsprocedures worden volgens het intern reglement van de sloopbeheerorganisatie gesanctioneerd. De sancties worden bepaald op basis van de aard en de ernst van de inbreuken.

Bron: Marlex

» Bekijk alle artikels: Bouw & Vastgoed