De Wet van 3 mei 2024 zorgt voor meer ondernemersvrijheid voor de architect (Monard Law)

Auteur: Annemie Snick (Monard Law)

In het Belgisch Staatsblad van 12 juni 2024 werd de Wet van 3 mei 2024 tot wijziging van de Wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en van het beroep van architect en van de Wet van 26 juni 1963 tot instelling van een Orde van Architecten gepubliceerd.

De drie krachtlijnen van deze wet zijn:

1. Versoepeling van de voorwaarden voor de uitoefening van het beroep van architect voor een rechtspersoon

De wet voert de volgende versoepelingen door:

1. Een architect-rechtspersoon en dus niet enkel architect-natuurlijke persoon kan bestuurder zijn van een architectenvennootschap (Laruelle vennootschap).

2. Het is voldoende dat de meerderheid (meer dan 50%) van de bestuurders van een architectenvennootschap architecten zijn, waardoor het mogelijk wordt om personen met een andere achtergrond en expertise in het bestuur van een architectenvennootschap op te nemen.

Omwille van de onverenigbaarheid kunnen aannemers van openbare of private bouwwerken en architecten-ambtenaren geen bestuurder worden in een architectenvennootschap.Het zijn evenwel enkel de architecten die rechtstreeks handelingen mogen verrichten die met het beroep van architect verband houden of die de vennootschap mogen vertegenwoordigen in rechtshandelingen die betrekking hebben op het beroep van architect.

3. In plaats van de vroegere 60%, is het voldoende dat de meerderheid van het kapitaal en de stemrechten van de architectenvennootschap in handen is van architecten.

Op die manier kunnen externe investeerders in de vennootschap worden betrokken.

Ook hier mag omwille van de onverenigbaarheid geen enkele aandeelhouder architect-ambtenaar of aannemer van openbare of private bouwwerken zijn.

4. De activiteiten van de architectenvennootschap moeten niet langer beperkt blijven tot de uitoefening van het beroep van architect.

De architectenvennootschap kan ook andere activiteiten in haar doel opnemen op voorwaarde dat deze niet onverenigbaar zijn met het beroep architect. (b.v. ontwerp en verkoop van meubelen; het installeren van meubels op maat is niet toegelaten ingevolge de onverenigbaarheid van het beroep van architect met het beroep van aannemer).

5. Ook architect-stagiairs mogen hun beroep in vennootschapsvorm uitoefenen en zijn dus niet meer verplicht om samen met een andere architect een architectenvennootschap op te richten en samen het beroep uit te oefenen.

2.Rechtsgrond voor de verplichting voor de architect die als vastgoedmakelaar werkzaam is om een kwaliteitsrekening te openen

Architecten mogen als vastgoedmakelaar werken zonder dat zij verplicht zijn zich te registreren bij het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars.

Alhoewel het KB 16 november 2022 hen als vastgoedgoedmakelaars verplicht om een derdenrekening te hebben, weigerden bepaalde banken een dergelijke rekening te openen voor architecten omdat ze dit KB als een onvoldoende juridische basis beschouwden.

De wetswijziging biedt een duidelijke rechtsgrond voor de verplichting van de architect om een kwaliteitsrekening te openen.

3.Verbetering van de omzetting van de EU-richtlijn 2005/36/EG voor wat betreft de dienstverrichters die het beroep van architect tijdelijk en incidenteel uitoefenen in België

De wetswijziging maakt het mogelijk voor beroepsuitoefenaars die het beroep van architect uitoefenen in een andere lidstaat van de Europese Unie/Europese Economische Ruimte/Zwitserland maar niet beschikken over een opleidingstitel die in aanmerking komt voor automatische erkenning op grond van de EU-richtlijn 2005/36/EG betreffende de erkenning van beroepskwalificaties, om hun diensten als architect vrij te verrichten in België. Op die manier wordt de internationale mobiliteit van architecten bevorderd.De wet van 3 mei 2024 is op 22 juni 2024 in werking getreden en stimuleert ongetwijfeld het ondernemerschap van de architecten.

Bron: Schoups