Intellectuele eigendomsrechten in de onderneming:
wie is eigenaar van door werknemers en dienstverleners ontwikkelde creaties?

Dr. Nele Somers (ARTES) en mr. Veerle Scheys (Mploy)

Webinar op dinsdag 23 april 2024


Het nieuwe Boek 6:
de impact op de werkvloer

Mr. Chris Persyn (Cautius)

Webinar op donderdag 4 juli 2024


Tewerkstelling van buitenlandse werknemers:
nakende ingrijpende wijzigingen

Mr. Sophie Maes en mr. Simon Albers (Claeys & Engels)

Webinar op donderdag 25 april 2024


Vakantiedagen en het arbeidsrecht

Mr. Kato Aerts en mr. Sarah Witvrouw (Lydian)

Webinar op dinsdag 11 juni 2024


HR-aspecten bij M&A transacties

Mr. Nele Van Kerrebroeck (Linklaters)

Webinar op donderdag 16 mei 2024

Zware schade, zware fout? (Bellaw/SoConsult)

Auteur: Willy van Eeckhoutte (Bellaw/SoConsult)

Wat de wet een “dringende reden” noemt, kan men, om het eens in andere woorden te zeggen, omschrijven als een zware fout die een partij bij een arbeidsovereenkomst begaat en die direct en voorgoed iedere voortzetting van de arbeidsrelatie uitsluit.

Deze alternatieve formulering noch die van de wet vereist dat de fout schade heeft veroorzaakt (zie Sociaal Compendium Arbeidsrecht 2022-2023, nr. 4484).  Het is dan ook niet correct te oordelen dat een fout geen “dringende reden” uitmaakt omdat zij geen schade heeft veroorzaakt.

Maar, zoals het Hof van Cassatie in het hieronder nader aangewezen arrest – in andere bewoordingen – in herinnering brengt, de zwaarte van de fout (“de ernst van de tekortkoming”) moet worden beoordeeld met inachtneming van alle elementen die daarop een invloed kunnen hebben. Dat de fout schade of geen schade heeft veroorzaakt, is een dergelijk element.

Daarom is het evenmin correct bij de beoordeling van de zwaarte van de fout geen rekening te houden met het feit dat zij schade heeft veroorzaakt of met de omvang van die schade, als dat wordt ingeroepen door de andere partij. Het arbeidshof te Brussel wees het argument van een werkgever dat een fout van een van zijn werknemers hem aanzienlijke schade had toegebracht, als niet relevant van de hand en weigerde daarmee rekening te houden bij de beoordeling van de zwaarte van de fout. Het Hof van Cassatie vernietigde dat arrest.

Samengevat kan men de volgende mogelijkheden onderscheiden: een fout kan in voorkomend geval op grond van een concrete beoordeling van alle elementen een “dringende reden” uitmaken omdat zij,

  • schade heeft veroorzaakt, die, ook al is die eventueel niet zeer groot, de fout voldoende zwaar maakt in acht genomen de overige ingeroepen omstandigheden;
  • aanzienlijke schade heeft veroorzaakt die de fout voldoende zwaar maakt.

Omgekeerd kan een fout in voorkomend geval op grond van een concrete beoordeling van alle elementen geen “dringende reden” uitmaken omdat zij,

  • geen schade heeft veroorzaakt;
  • maar een geringe schade heeft veroorzaakt;
  • ondanks de, eventueel zelfs grote, schade die zij heeft veroorzaakt, de voortzetting van de arbeidsrelatie niet prompt en blijvend onmogelijk maakt.

Maar zeggen dat schade nooit een rol speelt, maakt zelf een fout uit: een redeneerfout.

Bron: Bellaw/SoConsult

» Bekijk alle artikels: Arbeid & Sociale zekerheid