Contracten anno 2025
Concrete vragen over samenloop tussen contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid en over de aansprakelijkheid van hulppersonen

Prof. dr. Ignace Claeys en prof. dr. Thijs Tanghe (Eubelius)

Webinar op donderdag 3 juli 2025


Arbeidsrecht: wat brengt 2026?

Mr. Mieke Deconinck en mr. Veerle Van Keirsbilck

(Claeys & Engels)

Webinar op donderdag 6 november 2025

 


SUMMER DEAL 2025
10 webinars on demand naar keuze

10 webinars on demand voor €595

OVB – IBJ – ITAA – FSMA – BIV – NKN – Sam-Tes


Boek 6 BW en de begrippen
‘fout’, ‘schade’ en ‘causaal verband’:
wat is er behouden en wat is nieuw?
(inclusief handboek)

Prof. dr. Britt Weyts (UAntwerpen)

Webinar op vrijdag 4 juli 2025


Boek 7 BW. Nieuwe regels voor
bijzondere contracten op komst

Prof. dr. Thijs Tanghe en mr. Tijl Eggers (Eubelius)

Webinar op dinsdag 21 oktober 2025


Zekerheden anno 2025
: een update aan de hand van
wetgeving en rechtspraak

Mr. Ivan Peeters (NautaDutilh)

Mr. Philip Van Steenwinkel (Hogan Lovells)

Webinar op dinsdag 14 oktober 2025

Vanaf 2026 moet een verplichte arbeidsongevallen-verzekering afgesloten worden voor zelfstandige platformwerkers (Claeys & Engels)

Auteur: Claeys & Engels

De wet van 3 oktober 2022 houdende diverse arbeidsbepalingen voorzag al dat platformexploitanten een arbeidsongevallenverzekering moesten afsluiten voor platformwerkers, die gekwalificeerd worden als zelfstandigen onder de wetgeving op arbeidsrelaties en die bezoldigde activiteiten uitvoeren via een digitaal platform,. Er was echter een koninklijk besluit nodig om deze bepalingen ten uitvoer te brengen, wat nu gebeurd is. De belangrijkste punten van het koninklijk besluit van 12 augustus 2024 worden in deze newsflash besproken.

Ondertekening van een verzekeringsovereenkomst

Het koninklijk besluit specificeert de minimumgarantievoorwaarden waaraan de verzekeringsovereenkomst moet voldoen en somt ook de verplichte informatie op die in deze overeenkomst moet worden opgenomen. Het bepaalt ook dat de overeenkomst als nietig wordt beschouwd als het in strijd is met de voorgeschreven bepalingen.

Tot slot staat het koninklijk besluit verzekeringsmaatschappijen toe om raamcontracten op te stellen, op voorwaarde dat aan de minimumgaranties wordt voldaan.

Gedekte medewerkers

Het toepassingsgebied van de arbeidsongevallenwet, die van toepassing is op werknemers in loondienst, is gebaseerd op de feitelijke situatie: zodra een persoon bezoldigde prestaties verricht voor een andere persoon, onder diens gezag, valt hij of zij onder de dekking, ongeacht het bestaan of de geldigheid van een overeenkomst of de regelmatigheid van zijn of haar statuut.

Hetzelfde geldt voor de bescherming van zelfstandige platformwerkers. Zodra iemand bezoldigde prestaties uitvoert voor rekening van een digitaal platform opdrachtgever buiten een gezagsrelatie en niet verbonden is door een statuut, moet die persoon de bescherming tegen ongevallen genieten.

In de praktijk betekent dit met name dat de persoon die de rekening van een derde leent om die prestaties uit te voeren, gedekt moet worden door de verzekering afgesloten door de platformexploitant, ook al heeft hij of zij zelf geen rechtstreekse contractuele relatie met het opdrachtgevende digitale platform.

Ongevallen die recht geven op een vergoeding

De wet van 3 oktober 2022 bepaalt dat de verplichte verzekering dient “ter dekking van de lichamelijke schade die wordt geleden door” een ongeval. Lichamelijke schade kan zowel economische schade (gemaakte kosten, verlies van inkomsten, enz.) als “materiële” schade tot gevolg hebben, hetgeen in dit geval begrepen moet worden in tegenstelling tot “morele” schade. Lichamelijke schade omvat dus alle negatieve gevolgen die voortvloeien uit een aantasting van de fysieke of psychische integriteit, waaronder het overlijden en het verlies van verdienvermogen. De wet opent het recht op eenzelfde dekking als die voor werknemers in loondienst.

Het koninklijk besluit bepaalt – in het kader van de uitvoering van deze bescherming – de vergoedingswijze, rekening houdend met de verschillende omstandigheden, variërend van dodelijke ongevallen met renten voor bepaalde familieleden tot vergoedingen voor arbeidsongeschiktheid of zorg die nodig is als gevolg van het ongeval. De meeste bepalingen zijn identiek aan die voor werknemers in loondienst.

Bepaling van het basisinkomen en wijze van uitbetaling van de vergoeding

Het koninklijk besluit legt het basisinkomen vast op een forfaitair bedrag van 36.839,45 EUR, gebaseerd op de primaire arbeidsongeschiktheidsuitkering voor een alleenstaande zelfstandige in het kader van de wettelijke verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering. De tekst bepaalt ook dat het basisinkomen, de vergoedingen en de renten zullen worden gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen. De termijnen en procedures voor de betaling van kosten, intresten en vergoedingen zijn tevens vastgelegd in het koninklijk besluit.

Het Fonds voor arbeidsongevallen voor zelfstandige medewerkers van digitale platformen opdrachtgevers

Als de platformexploitant geen verplichte verzekering afsluit of zijn verplichtingen niet nakomt, kan een medewerker die een arbeidsongeval heeft gehad, onder bepaalde voorwaarden een schadevergoeding bekomen van het Fonds. Het Fonds is gemachtigd om de vergoeding te betalen op dezelfde manier als de verzekeraar of de platformexploitant zou hebben gedaan.

De platformexploitant blijft aansprakelijk

Zelfs als de platformexploitant geen verzekering afsluit en het slachtoffer via het Fonds wordt uitbetaald, blijft hij aansprakelijk voor de kosten. Op dezelfde manier als onder de regeling die van toepassing is op werknemers in loondienst, kan het Fonds de aan het slachtoffer betaalde bedragen terugvorderen van de platformexploitant.

Procedurele aspecten

Wat betreft de vergoedingsprocedure, geschillen, de regresvordering en de herziening, herneemt het koninklijk besluit de bepalingen over van de wet betreffende arbeidsongevallen.

Inwerkingtreding

Het koninklijk besluit werd op 4 september 2024 in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd. Het treedt in werking op 1 januari 2026, met uitzondering van de bepaling met betrekking tot de herwaarderingsbijslag, die in werking zou treden op 1 januari 2031.

Actiepunt

De datum van inwerkingtreding van deze wetgeving, die is vastgesteld op 1 januari 2026, geeft verzekeraars en platformexploitanten de nodige tijd om deze verplichte verzekering in te voeren. Sommige platformen bieden al een dekking, maar deze is momenteel minder uitgebreid dan die waarin het koninklijk besluit van 12 augustus 2024 voorziet.

Bron: Claeys & Engels

Boeken in de kijker: