Terugbetaling elektriciteit voor thuis opladen van bedrijfswagen: eigen laadpaal mag ook (De Broeck Van Laere & Partners)

Auteur: De Broeck Van Laere & Partners

Als de werkgever (of vennootschap) de elektriciteit terugbetaalt die de werknemer (of bedrijfsleider) gebruikt om thuis de bedrijfswagen op te laden, wordt in principe geen afzonderlijk voordeel van alle aard aangerekend. De minister stelde dan wel drie voorwaarden. Zo vond hij dat de werkgever de laadpaal moest laten installeren bij de werknemer thuis. De minister laat nu weten dat die voorwaarden niet al te strikt opgevat moeten worden.

Als een werkgever een bedrijfswagen ter beschikking stelt van een personeelslid, wordt vaak ook de brandstof gefinancierd door de werkgever. Die laatste geeft dan bijvoorbeeld een tankkaart aan de werknemer, waarmee die kan tanken op kosten van de werkgever. Bij elektrische auto’s verandert daar in principe niets aan. De werkgever neemt dan gewoon de kosten van de verbruikte elektriciteit voor zijn rekening in plaats van de brandstofkosten. Praktisch gesproken is er echter wel een groot verschil doordat elektrische firmawagens vaak thuis opgeladen worden, dus aan de woning van de werknemer en via diens elektriciteitsfactuur. De werkgever betaalt dan de kosten terug die de werknemer gemaakt heeft door thuis de auto op te laden.

De vraag was dan wat de fiscale gevolgen zijn van een dergelijke operatie. Als de tankkaart “ter beschikking wordt gesteld” samen met de auto, is vanouds de regel dat er er sprake is van slechts één belastbaar voordeel van alle aard. Er wordt met andere woorden geen afzonderlijk voordeel aangerekend voor de brandstofkosten die de werkgever ten laste neemt. Feitelijk gesproken is er geen enkel verschil met de situatie waarin een werkgever de elektriciteit betaalt voor een elektrische bedrijfswagen. Maar technisch gesproken zag de fiscus wel een verschil omdat in het scenario waarin thuis geladen wordt, de werkgever niets “ter beschikking stelt”.

Tolerantie met drie voorwaarden

Maar omdat het vrij absurd zou zijn om die laatste redenering door te trekken, kondigde de minister een “tolerantie” aan. De situatie van het thuis opladen mag wel degelijk gelijkgesteld worden met het ter beschikking stellen van een gewone tankkaart, aldus de minister. Terugbetaling van thuis “getankte” elektriciteit kan dus zonder dat een bijkomend (belastbaar) voordeel van alle aard ontstaat.

De minister koppelde daar echter wel voorwaarden aan. Zo moet de werkgever een laadpaal of “home charger” laten installeren bij de werkgever thuis, die bovendien op een of andere manier aan de werkgever communiceert over de laadbeurten. Het moet namelijk mogelijk zijn om een duidelijk onderscheid te maken tussen de elektriciteit die gebruikt wordt om de auto (bedrijfswagen) op te laden en de stroom die voor andere doeleinden (privégebruik) verbruikt wordt. Ten derde moet de terugbetaling geregeld zijn in de “car policy” van de onderneming.

Installatie door werkgever is geen dwingende voorwaarde

Velen hadden bedenkingen bij die voorwaarden (zie ook ons artikel “Terugbetalen van laadbeurten thuis door werkgever: welk elektriciteitstarief?”). Zo komt het in de praktijk vaak voor dat de werknemer zelf een laadpaal installeert bij hem/haar thuis. Zou dat dan betekenen dat niet voldaan is aan de voorwaarde dat de werkgever een laadpaal laat plaatsen? En dat dus de terugbetaalde elektriciteitskosten belast zouden worden als een bezoldiging?

Zo’n vaart loopt het niet, zo blijkt nu. De minister bevestigt dat de laadpaal ook door iemand anders dan de werkgever geplaatst mag zijn. Met name door de werknemer zelf.

Verschillende scenario’s

De minister verduidelijkt zelfs nog dat er verschillende varianten denkbaar zijn op dat scenario. Naast het geval waarin de werknemer zelf de installatie van de laadpaal organiseert, is er ook de situatie waarin een aanvankelijk door de werkgever geplaatste “home charger” overgenomen wordt door de werknemer, of de situatie waarin een werknemer die van werk verandert, een door de vorige werkgever bekostigde laadpaal gebruikt om de auto van zijn/haar nieuwe werkgever op te laden.

Al die gevallen worden hetzelfde behandeld: er wordt geen afzonderlijk voordeel van alle aard aangerekend voor de terugbetaalde elektriciteit (als de andere voorwaarden vervuld zijn).

De minister voegt er nog aan toe dat er evenmin een onderscheid gemaakt wordt tussen 100% elektrische auto’s en plug-in hybrides.

Parl. Vraag nr. 1738 van Volksvertegenwoordiger W. Vermeersch van 26 oktober 2023 (p. 143)

Bron: De Broeck Van Laere & Partners