Contracten anno 2025:
een praktijkgerichte blik na de inwerkingtreding van boek 6 BW

Prof. dr. Ignace Claeys en prof. dr. Thijs Tanghe (Eubelius)

Webinar op donderdag 6 februari 2025


De insolventie van een
onderneming-natuurlijke persoon

Mr. Jens Vrebos, mr. Astrid Lescouhier

en mr. Marthe Oosthuyse (Crivits legal)

Webinar op donderdag 13 februari 2025


Wenst u meerdere opleidingen
te volgen bij LegalLearning?

Overweeg dan zeker ons jaarabonnement 

 

Krijg toegang tot +150 opleidingen

Live & on demand webinars

Voor uzelf en/of uw medewerkers


Successieplanning anno 2025:
wat wijzigt er?

Mr. Olivier De Keukelaere en mr. Rinse Elsermans (Cazimir)

Webinar op donderdag 24 april 2025


De afschaffing van de quasi-immuniteit van de bestuurder: waarom delegatie én compliance nog belangrijker zijn geworden

Mr. Stijn De Meulenaer en mr. Fien Schreurs (Everest)

Webinar op dinsdag 18 februari 2025

Basisbankdienst voor ondernemingen (Ardent Advocaten)

Auteur: Ardent Advocaten

Publicatiedatum: 19/01/2021

Al sedert 1969 rust op ondernemers de wettelijke verplichting om houder te zijn van een bankrekening, waarvan het nummer op facturen en rekeningafschriften vermeld moet worden. Ondernemingen in bepaalde sectoren (zoals de diamantsector of de horeca) ondervinden echter meer en meer moeilijkheden om een bankrekening te openen of te houden, o.a. omwille van de steeds strenger wordende antiwitwaswetgeving en de verhoogde waakzaamheid bij kredietinstellingen.

In 2003 werd reeds wetgevend initiatief genomen om financiële instellingen te verplichten een basisbankdienst ter beschikking te stellen van consumenten (natuurlijke personen die handelen voor doeleinden die buiten hun handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit vallen) die legaal in een lidstaat van de EU verblijven en niet over een zichtrekening beschikken.

Bij wet van 8 november 2020 wordt in een gelijkaardige regeling voorzien voor ondernemingen. De bepalingen maken onderdeel uit van ‘Boek VII Betalings- en kredietdiensten’ van het Wetboek van Economisch Recht.

Voor wie ?

De basisbankdienst is voorzien voor ondernemingen en ondernemers. Onder de onderneming of ondernemer dient te worden begrepen iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent (een eenmanszaak), iedere rechtspersoon (vennootschap of bepaalde vereniging) en iedere organisatie zonder rechtspersoonlijkheid (met enkele uitzonderingen zoals publiekrechtelijke rechtspersonen).

Uitsluitend de in België gevestigde ondernemingen (inschrijving of aanvraag tot inschrijving in KBO) hebben recht op de basisbankdienst. Ook buitenlandse ondernemingen of ondernemers met een vestigingseenheid in België komen in aanmerking.

Welke bankdiensten ?

De zgn. ‘basisbankdienst’ die aan de onderneming ter beschikking moet worden gesteld, bestaat uit:

  • de uitvoering van betalingstransacties met inbegrip van domiciliëringen, transacties via een betaalinstrument en de uitvoering van overschrijvingen (ook doorlopende betalingsopdrachten) wereldwijd, dus met inbegrip van internationale overschrijvingen,
  • het opnemen en deponeren van cash op een betaalrekening, maar dit laatste enkel binnen de EU.

Via het internetplatform van de basisbankdienst-aanbieder moet een onbeperkt aantal elektronische betalingsverrichtingen aangeboden worden.

De basisbankdienst wordt in euro aangeboden. Op verzoek van de onderneming wordt de uitvoering van betalingstransacties ook in Amerikaans dollar aangeboden (o.a. van belang voor ondernemers in de diamantsector).

De basisbankdienst omvat geen recht op kredietverlening. Een betalingstransactie uitgevoerd in het raam van de basisbankdienst kan niet worden uitgevoerd wanneer deze leidt tot een debetstand.

De basisbankdienst mag ook niet afhankelijk worden gesteld van het aangaan van nevendiensten (bv. het openen van een spaarrekening bij de kredietinstelling).

Bovendien moet de basisbankdienst aan de onderneming ter beschikking worden gesteld op dezelfde manier waarop ze aan de andere gebruikers ter beschikking wordt gesteld. Voor zover de kredietinstelling daarover beschikt, moeten de diensten mogelijk worden gemaakt zowel aan het loket, als bij geldautomaten tijdens en buiten de openingstijden en via het gebruikte internetplatform.

Procedure

Waar de consument in principe recht heeft op de basisbankdienst bij een kredietinstelling naar keuze, zal de onderneming een kredietinstelling (een zogenaamde ‘basisbankdienst-aanbieder’) aangewezen krijgen en dit pas nadat de basisbankdienst haar door drie kredietinstellingen geweigerd is.

Weigering door 3 banken

In eerste instantie zal de onderneming de betalingsdiensten dus rechtstreeks bij minstens drie kredietinstellingen (banken) moeten aanvragen. De weigering van de betalingsdiensten wordt uitdrukkelijk schriftelijk en voldoende gemotiveerd, onverwijld en uiterlijk binnen tien werkdagen na ontvangst van de aanvraag meegedeeld aan de onderneming, tenzij dit in strijd zou zijn met de doelstellingen van nationale veiligheid of openbare orde, of met de antiwitwaswetgeving.

Aanwijzing van een basisbankdienst-aanbieder

Na weigering door drie kredietinstellingen kan de onderneming een aanvraag richten tot de “basisbankdienst-kamer” (een nog op te richten onderdeel van de FOD Economie) via een daarvoor door iedere kredietinstelling ter beschikking gesteld formulier.

De basisbankdienst-kamer wint op haar beurt het advies in van de cel voor financiële informatieverwerking (onderdeel van de FOD Financiën). Na positief advies (of gebrek aan advies binnen de zestig dagen), wijst de basisbankdienst-kamer een in België gevestigde kredietinstelling aan die de basisbankdienst aan de onderneming ter beschikking moet stellen.

De aangewezen kredietinstelling kan de basisbankdienst nog slechts in uitzonderlijke omstandigheden weigeren o.a. indien iemand van het bestuur/de ondernemer inmiddels veroordeeld werd voor oplichting, misbruik van vertrouwen, bedrieglijke bankbreuk of valsheid in geschrifte, dan wel indien de onderneming reeds houder is van een betaalrekening in België of een andere lidstaat van de EU waarmee de basisbankdiensten kunnen worden uitgevoerd.

Opzegging

De aangewezen kredietinstelling kan de basisbankdienst naderhand opzeggen o.a. indien het bestuur/de ondernemer veroordeeld werd wegens oplichting, misbruik van vertrouwen, bedrieglijke bankbreuk of valsheid in geschrifte, er gedurende meer dan twaalf opeenvolgende maanden geen betalingstransacties plaatsvonden, de onderneming foutieve informatie zou hebben verstrekt, de onderneming een andere betaalrekening heeft geopend in België of een andere lidstaat van de EU, dan wel indien de antiwitwaswetgeving dit vereist.

Er dient, behoudens in bepaalde omstandigheden, een opzegtermijn van minstens twee maanden in acht te worden genomen.

Geschillenregeling

Geschillen tussen de onderneming en een kredietinstelling over de basisbankdienst kunnen worden voorgelegd aan de ‘Ombudsdienst voor financiële diensten’. De ombudsdienst kan een beslissing van een kredietinstelling vernietigen en haar beslissing is bindend voor de kredietinstelling.

Vanaf wanneer ?

De regels inzake de basisbankdienst voor ondernemingen zullen in werking treden vanaf 1 mei 2021.

Voor ondernemingen in bepaalde sectoren (o.a. diamantsector, kunsthandel, vastgoedmakelaars, etc.) dienen, alvorens een basisbankdienst-aanbieder kan aangewezen worden, ook nog specifieke bijkomende risicobeperkende maatregelen vastgesteld te worden door de Koning of een door de Koning bekrachtigde gedragscode tussen de betrokken sector en de representatieve beroepsvereniging voor de financiële sector.

Lees hier het originele artikel

» Bekijk alle artikels: Successie & Vermogen

Boeken in de kijker: