Aandeelhoudersovereenkomsten
in het licht van de nieuwe wetgeving

Mr. Michaël Heene (DLA Piper)

Webinar op vrijdag 31 mei 2024


Het nieuwe Boek 6:
de impact op de werkvloer

Mr. Chris Persyn (Cautius)

Webinar op donderdag 4 juli 2024


Faillissementsrecht:
recente wetgeving én rechtspraak anno 2024

Mr. Ilse van de Mierop en mr. Charlotte Sas (DLA Piper)

Webinar op vrijdag 6 december 2024


De nieuwe wet op de private opsporing

Dhr. Bart De Bie (i-Force) en mr. Stijn De Meulenaer (Everest)

Webinar op donderdag 17 oktober 2024


Zekerheden: een update
aan de hand van wetgeving en rechtspraak

Mr. Ivan Peeters en mr. Philip Van Steenwinkel (Hogan Lovells)

Webinar op vrijdag 8 november 2024

De al dan niet realisatie van financiële instrumenten of contanten waarop het pand betrekking heeft kan in bepaalde gevallen discriminerend zijn volgens het Grondwettelijk Hof (LegalNews)

Auteur: Marc Vandecasteele (LegalNews)

Uit de formulering van de prejudiciële vraag en de motivering van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof wordt verzocht het verschil in behandeling te onderzoeken tussen de schuldeisers van een schuldenaar die is toegelaten tot een collectieve schuldenregeling, naargelang de schuldeiser zich al dan niet kan beroepen op een bij de wet van 15 december 2004 geregeld pand dat betrekking heeft op financiële instrumenten of contanten. Krachtens de artikelen 8 en 9 van die wet kan de pandhoudende schuldeiser, bij wanprestatie en zonder voorafgaande ingebrekestelling of gerechtelijke beslissing, de financiële instrumenten of contanten waarop het pand betrekking heeft, realiseren, en dat niettegenstaande een procedure van collectieve schuldenregeling. Dat is echter niet het geval voor de schuldeisers die niet een dergelijk pand bezitten en van wie de situatie wordt beïnvloed door de beschikking waarbij de schuldenaar wordt toegelaten tot een collectieve schuldenregeling. Het Hof beperkt zijn onderzoek tot de situatie waarin de schuldenaar pandgever is, die aan de orde is in het bodemgeschil.

Het Grondwettelijk Hof oordeelde op 11 april 2024 dat de artikelen 8 en 9 van de wet van 15 december 2004 « betreffende financiële zekerheden en houdende diverse fiscale bepalingen inzake zakelijke-zekerheidsovereenkomsten en leningen met betrekking tot financiële instrumenten » de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden in zoverre zij van toepassing zijn wanneer de schuldenaar die een pand op financiële instrumenten of contanten heeft verschaft, een natuurlijke persoon is die werd toegelaten tot een collectieve schuldenregeling.

Lees hier het arrest van het Grondwettelijk Hof

» Bekijk alle artikels: Insolventie & Faillissement