De invoering van Boek 6
en de impact voor de medische sector

Prof. dr. Christophe Lemmens (Dewallens & Partners)

Webinar op vrijdag 4 oktober 2024


Consumentenbescherming bij de verwerving
van financiële diensten: de laatste ontwikkelingen (optioneel met handboek)

Prof. dr. Reinhard Steennot (UGent)

Webinar op donderdag 30 mei 2024


Het nieuwe Boek 6:
de impact op de werkvloer

Mr. Chris Persyn (Cautius)

Webinar op donderdag 4 juli 2024


Zekerheden: een update
aan de hand van wetgeving en rechtspraak

Mr. Ivan Peeters en mr. Philip Van Steenwinkel (Hogan Lovells)

Webinar op vrijdag 8 november 2024


Het nieuwe Boek 6 en de impact
voor de bouw- en vastgoedsector:
10 aandachtspunten

Prof. dr. Kristof Uytterhoeven (Caluwaerts Uytterhoeven)

Webinar op dinsdag 23 april 2024


Aansprakelijkheid van hulppersonen
in en buiten de contractketting.
Een analyse in het licht van Boek 6

Prof. dr. Ignace Claeys en mr. Camille Desmet (Eubelius)

Webinar op vrijdag 30 augustus 2024

Verwerving van aandelen tussen echtgenoten tegen (nooit betaalde) symbolische euro. Geveinsde schenking en valsheid in geschrifte. Cassatie-arrest van 26 november 2019 (LegalNews.be)

Auteur: LegalNews.be

Publicatiedatum: 07/12/2019

Eerste middel

Het middel voert schending aan van de artikelen 193, 196 en 197 Strafwetboek: het arrest (van het hof van beroep te Gent, kamer van inbeschuldigingstelling, van 6 juni 2019) stelt de verweerders buiten vervolging voor de telastleggingen A (valsheid in geschriften) en B (gebruik van valse stukken).

Bij overeenkomst van 27 september 2007 vond een kruisverkoop plaats waarbij de verweerster 2, dit is de toenmalige echtgenote van de eiser, aandelen verwierf in drie vennootschappen van eisers familie tegen de symbolische prijs van een euro die nooit werd betaald. dit betreft een geveinsde overeenkomst van schenking die tot stand is gekomen met de medewerking van de verweerder 1.

De eiser heeft aangevoerd dat deze geveinsde overeenkomst het misdrijf van valsheid in geschriften oplevert omdat de verweerster 2 een onrechtmatig voordeel heeft nagestreefd, namelijk het omzeilen van dwingende bepalingen van het Burgerlijk Wetboek in verband met verkopen en schenkingen tussen echtgenoten.

Het arrest verwerpt die aanvoering omdat de waarheidsvermomming werkelijk werd overeengekomen tussen de contractpartijen; die omstandigheid sluit echter het bestaan van een valsheid niet uit.

Het misdrijf valsheid in geschriften als bedoeld in de artikelen 193, 196, 213 en 214 Strafwetboek, bestaat erin in een door de wet beschermd geschrift, met bedrieglijk opzet of met het oogmerk om te schaden, de waarheid te vermommen op een bij de wet bepaalde wijze, terwijl hieruit een mogelijk nadeel kan ontstaan.

De valsheid is “intellectueel” wanneer zij erin bestaat dat in een materieel onaangeroerd instrumentum, feiten en akten in strijd met de waarheid worden vastgesteld.

Het gegeven dat alle contractpartijen overeenkomen een onwaar feit of een onware akte op te nemen in een tussen hen gesloten overeenkomst, sluit niet uit dat die overeenkomst intellectueel vals is of kan zijn.

Wanneer een overeenkomst echter geen onwaarheid bevat, dan volgt uit het enkele gegeven dat zij niet wettig is aangegaan niet dat zij vals is. Het middel dat uitgaat van een andere rechtsopvatting, faalt naar recht.

Tweede middel

Het middel voert schending aan van artikel 496 Strafwetboek: het arrest beslist dat de telastleggingen moeten worden gekwalificeerd als feiten van oplichting die zijn voltrokken op het ogenblik van het verkrijgen van de aandelen op 7 september 2005  en 27 september 2007 , zodat de strafvordering voor die telastleggingen is vervallen door verjaring.

De materiële afgifte van de zaken, voorwerp van de oplichting, was door het louter sluiten van de overeenkomsten op de voormelde data echter nog niet voltrokken: na die data zijn de aandelen door opeenvolgende handelingen in waarde gestegen tot het ogenblik van de tegeldemaking ervan en het verborgen en bedrieglijke karakter van de overeenkomsten is eveneens nog verder blijven doorlopen tot het moment waarop het huwelijk tussen de eiser en de verweerster 2 zou worden beëindigd.

Het wanbedrijf oplichting vereist bij de dader het oogmerk om zich bedrieglijk andermans zaak toe te eigenen en de aanwending van bedrieglijke middelen hiertoe, gevolgd door een afgifte of een levering van de zaak.

Oplichting is een aflopend misdrijf dat voltrokken is zodra de dader erin geslaagd is de zaak te doen afgeven of leveren, zodat de verjaring van de strafvordering betreffende dit misdrijf in de regel aanvangt vanaf de dag waarop de afgifte of de levering plaatsvindt.

De rechter oordeelt onaantastbaar in feite of een bepaalde gedraging een listige kunstgreep is in de zin van artikel 496 Strafwetboek, hoe lang de dader die listige kunstgreep heeft aangewend en wanneer het slachtoffer ingevolge die listige kunstgreep de zaak heeft afgegeven of geleverd.

In zoverre het middel opkomt tegen dat onaantastbare oordeel van het arrest of verplicht tot een onderzoek van feiten waarvoor het Hof geen bevoegdheid heeft, is het niet ontvankelijk.

Met de redenen die het middel vermeldt, oordeelt het arrest dat er geen aanwijzingen zijn dat er na 27 september 2007 nog listige kunstgrepen werden gesteld om de eiser te misleiden en zo te overtuigen van een eerlijke karakter van de verrichte handelingen, noch dat er aanleiding toe bestaat de telastleggingen te herkwalificeren in een tot 24 november 2014 gepleegde poging tot oplichting voor de totale prijs van de aandelen van de verweerster 2 in de nader vermelde vennootschappen. Aldus verantwoordt het arrest de beslissing naar recht. In zoverre kan het middel niet worden aangenomen.

Lees hier het Cassatie-arrest van 26 november 2019

Studiedag ‘Contracten tussen partners: een praktijkgerichte benadering. Van huwelijks- of samenlevingscontract tot de oprichting of overname van een vennootschap’ (04.02.2020)

Prof. Jos Ruysseveldt spreekt samen met mr. Kevin Desmet (advocaat-vennoot a.lex advocaten) tijdens de studiedag ‘Contracten tussen partners: een praktijkgerichte benadering. Van huwelijks- of samenlevingscontract tot de oprichting of overname van een vennootschap’ op dinsdag 4 februari 2020 in Antwerpen.

In de ochtend spreken Prof. Jos Ruysseveldt en mr. Kevin Desmet over ‘Welke clausules bij vijf frequente contracten tussen partners vragen bijzondere aandacht?’.

In de namiddag spreekt mr. Sofie Longerstay over ‘Aandachtspunten bij oprichting van of verwerven van aandelen in vennootschappen tussen partners’

Publicatie ‘Praktijkgids Successieplanning 2019-2020’ aan gunsttarief

De nieuwe publicatie ‘Praktijkgids Successieplanning 2019-2020’ van Prof. Jos Ruysseveldt (advocaat-vennoot Ruysseveldt, prof. Fiscale Hogeschool/HUBrussel en AMS UAntwerpen) behelst de nieuwste ontwikkelingen (2018) in het erfrecht, het schenkingsrecht en het huwelijksvermogensrecht, alsook de hiermee gepaard gaande bijsturingen in het registratie- en successierecht. Ook de verplichte inschrijving in het KBO- en UBO-register voor maatschappen, vennootschappen en stichtingen zijn opgenomen. Het houdt rekening met de impact van het nieuwe ondernemingsrecht (2018) en vennootschapsrecht (2019). Het verwerkt de recente bijsturingen c.q. standpunten van de Vlaamse Belastingdienst (Vlabel) inzake erf- en schenkbelastingen.

Bestel de Praktijkgids Successieplanning via LegalNews.be en betaal € 250 (excl. BTW) in plaats van € 290 (excl. BTW). Bestellen kan via mail naar marc@legalnews.be met vermelding van het gewenste aantal exemplaren, het leveradres en de facturatiegegevens.