Aandachtspunten bij het opstellen
en analyseren van ICT-contracten

Mr. Lynn Pype en mr. Liesa Boghaert (Timelex)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Handelspraktijken en consumentenbescherming:
recente topics onder de loep

Dr. Stijn Claeys en mr. Arne Baert (Racine)

Webinar op vrijdag 30 augustus 2024


Intellectuele eigendomsrechten in de onderneming:
wie is eigenaar van door werknemers en dienstverleners ontwikkelde creaties?

Dr. Nele Somers (ARTES) en mr. Veerle Scheys (Mploy)

Webinar op dinsdag 23 april 2024

Een foto op je website plaatsen, kan dat zomaar? (VDV Advocaten)

Auteur: Maarten Verhaghe (VDV Advocaten)

Publicatiedatum: 14/02/2019

Dankzij het internet is het heel makkelijk om digitale content te gebruiken, te kopiëren en te dupliceren voor al dan niet commercieel gebruik. U moet zich wel aan de regels houden, zoniet kan u aansprakelijk gesteld worden.

Inleiding/Besluit

De laatste jaren is het niet meer weg te denken, een plotse e-mail in je mailbox waarin een vordering gesteld wordt tot het betalen van een “bedrag”zonder specificatie of berekeningswijze, dus ex aequo et bono begroot, wegens het gebruik van een zogenaamde beschermde foto op uw website.

Sedert het begin van het internet is het nog nooit zo gemakkelijk geweest om digitale content te gebruiken, te kopiëren en te dupliceren voor al dan niet commercieel gebruik.

Door deze praktijken en gebrek aan fysieke of digitale beveiliging zien heel wat auteurs en kunstenaars hun geldelijke inkomsten verminderen. Ter remediëring verenigen diverse auteurs, fotografen en modellen zich in belangengroepen en schuimen zij aan de hand van software het internet af naar afbeeldingen, foto’s of andere content waarin zij voorkomen om daarna een vordering tot schadevergoeding in te stellen.

Maar bent u dan werkelijk in overtreding wanneer u een dergelijke van het internet geplukte foto op uw website plaatst?

Een éénduidig antwoord kan niet op deze vraag worden gegeven, het is immers de rechtbank die aan de hand van onderstaande regelgeving het laatste woord zal hebben.

Auteursrecht

Het auteursrecht wordt geregeld door de Auteurswet, die sinds 2014 in het Wetboek Economisch Recht is opgenomen.

Het doel van het auteursrecht is de auteur het recht te geven om op een exclusieve wijze zijn werk te verkopen, reproduceren, te bewerken, te verspreiden, te verhuren of uit te lenen, te distribueren of op één of andere manier ter beschikking te stellen aan het publiek.

De voorwaarde voor deze exclusiviteit en bijhorende bescherming is de oorspronkelijkheid of originaliteit van de foto, dit in de zin dat het gaat om een eigen intellectuele schepping van de auteur/fotograaf. Een intellectuele schepping is eigen wanneer de auteur/fotograaf een uitdrukking vormt van zijn persoonlijkheid of met andere woorden zijn/haar persoonlijke stempel draagt.

Duidelijk laat deze voorwaarde heel wat ruimte voor interpretatie om te beoordelen wat origineel is en wat niet. Bij de beoordeling kan rekening gehouden worden met verschillende factoren zoals de opstelling van de camera, de opstellingen of positie van de personen of objecten, het spelen met de lichtinval of bepaalde belichting, de opnamehoek, ….

Belangrijk bij voormelde beoordeling is dat er geen rekening gehouden dient te worden met de artistieke waarde van de foto.

Kortom, door het ruime toepassingsgebied genieten het merendeel van de genomen foto’s (hetzij professioneel, hetzij amateuristisch) een auteursrechtelijke bescherming.

Ten einde dit exclusief recht te beschermen wordt in de rechtspraak aangenomen dat een derde persoon het fotomateriaal, zonder toestemming van de auteur, niet mag gebruiken om mee te delen aan het publiek.

Maar wat is nu een mededeling aan het publiek en hoe dient dit te worden geïnterpreteerd?

Twee arresten van het Europees Hof van Justitie scheppen enige duidelijkheid omtrent de bepaling “mededeling aan het publiek”, die uiterst belangrijk is om te bepalen of het auteursrecht al dan niet van toepassing is.

In het Arrest van 7 augustus 2018 van het Europees Hof van Justitie (Land Nordrhein- Westfalen v   Renckhoff, C- 161/17) heeft het Hof aan de hand van 3 vragen afgetoetst of er al dan niet sprake is van een mededeling aan het publiek:

1.    Is er een handeling gesteld om de foto mee te delen aan het publiek?
2.    Is deze handeling gericht aan het publiek?
3.    Is er sprake van een mededeling aan een nieuw publiek?

In casu, oordeelde het Europees Hof dat het uploaden van een foto op een schoolwebsite een handeling is die gesteld werd om een foto mee te delen aan het publiek.

Niet enkel betrof dit een actieve handeling maar deze handeling was ook gericht aan het publiek, gezien iedere mogelijke gebruiker toegang tot deze foto zou hebben.

De derde vraag beoordeelde het Hof ook positief, namelijk het doelpubliek van de schoolwebsite was niet het publiek die de auteur/fotograaf voor ogen hand wanneer hij zijn werk publiceerde. Aldus oordeelde het Hof dat er sprake was van een mededeling aan een nieuw publiek.

In het Arrest van 13 februari 2014 van het Europees Hof van Justitie (Svensson, C466-12) heeft het Hof nagegaan of hyperlinken of embedded linken naar auteursrechterlijke beschermde werken zoals foto’s ook een mededeling aan het publiek uitmaakt:

1.    Is er een handeling gesteld om de foto mee te delen aan het publiek?
2.    Is deze handeling gericht aan het publiek?
3.    Is er sprake van een mededeling aan een nieuw publiek?

Op de eerste twee vragen oordeelde het Hof positief, maar ten aanzien van de derde vraag oordeelde het Hof dat als de werken vrij toegankelijk aangeboden worden, moeten de gebruikers die ervan kennisnemen via een hyperlink of embedded link aanzien worden als onderdeel van het publiek die door de originele auteur(s) reeds in aanmerking werd genomen. Hierdoor is er geen sprake van een mededeling aan een nieuw publiek waardoor de auteur zich niet kan beroepen op zijn auteursrecht.

Het is dus aan de auteur om zijn werken zelf afdoende te beschermen aan de hand van technische middelen, bij gebreke daaraan kan men de genoten bescherming verliezen.

Wel bestaat er toch een mogelijke uitzondering op voormelde regel, namelijk het hyperlinken en embedded linken naar illegale auteursrechtelijke beschermde inhoud.

Recht van afbeelding

Bij publicatie van een foto van een natuurlijk persoon, dient niet enkel rekening gehouden worden met het auteursrecht van de fotograaf, maar ook met de persoonlijkheidsrechten van het model of gefotografeerde persoon.

Net zoals bij het auteursrecht dient de derde over de uitdrukkelijke toestemming te beschikken om een foto te nemen en te gebruiken of te verspreiden.

Deze toestemming is niet aan vormvoorwaarden onderworpen en kan dus ook impliciet gebeuren. Zo heeft de rechtspraak geoordeeld dat deelnemen aan een misverkiezing impliciete toestemming kan inhouden om foto’s te nemen.

Doch ligt de bewijslast bij de gebruiker, die dient aan te tonen dat hij over de toestemming van het model/gefotografeerde persoon beschikt.

De vereiste van toestemming vervalt wanneer beelden of foto’s van een menigte genomen zijn, waarbij er enkel sprake is van niet-gerichte afbeeldingen en het individu zijn persoonlijk karakter verliest.

Toch is de afwezigheid van de toestemmingsvereiste geen vrijgeleide om de foto te gebruiken buiten de context waar deze in gemaakt is.

Er dient rekening gehouden te worden met een normaal verwachtingspatroon van de betrokkenen.

Vb. een groepsfoto van een schoolbarbecue:

  • Wordt gepubliceerd in de schoolkrant, geen toestemming nodig; 
  • Wordt gepubliceerd op de website van een merk gespecialiseerd in BBQ-artikelen, wel toestemming vereist. 
Opmerking: Gebruikstoelating

Zowel het auteursrecht als het recht van afbeelding kennen beide een toestemmingvereiste waarbij de bewijslast bij derde of gebruiker van de foto ligt.

Gelet dat deze bewijslast problemen voor de derde of gebruiker kan veroorzaken is het aangewezen voor het gebruik van een bepaalde foto de specifieke toelating te verkrijgen van de fotograaf als model/gefotografeerde persoon te bekomen voor de vooropgestelde doeleinden.

Er dienen duidelijke afspraken gemaakt te worden over:

1.    Welke foto het voorwerp is van de overeenkomst;
2.    De context waarin de foto zal worden gebruikt;
3.    Op welke wijze de foto aan het publiek ter beschikking wordt gesteld;
4.    De duurtijd van het gebruik van de foto;
5.    Het territoriale gebruik van de foto;
6.    De vergoeding voor het gebruik van de foto.

Lees hier het originele artikel

» Bekijk alle artikels: IT & IP