Tewerkstelling van buitenlandse werknemers:
nakende ingrijpende wijzigingen
Mr. Sophie Maes en mr. Simon Albers (Claeys & Engels)
Webinar op donderdag 25 april 2024
Intellectuele eigendomsrechten in de onderneming:
wie is eigenaar van door werknemers en dienstverleners ontwikkelde creaties?
Dr. Nele Somers (ARTES) en mr. Veerle Scheys (Mploy)
Webinar op dinsdag 23 april 2024
Aandeelhoudersovereenkomsten
in het licht van de nieuwe wetgeving
Mr. Michaël Heene (DLA Piper)
Webinar op vrijdag 31 mei 2024
HR-aspecten bij M&A transacties
Mr. Nele Van Kerrebroeck (Linklaters)
Webinar op donderdag 16 mei 2024
Ondernemingsstrafrecht:
wat wijzigt er door boek I en boek II van het Strafwetboek?
Mr. Stijn De Meulenaer (Everest)
Webinar op dinsdag 11 juni 2024
Vakantiedagen en het arbeidsrecht
Mr. Kato Aerts en mr. Sarah Witvrouw (Lydian)
Webinar op dinsdag 11 juni 2024
(Para)fiscaal regime van aandelenopties (Cazimir)
Auteur: Cazimir Advocaten (14/06/2021)Een aandelenoptie (hierna “optie”) geeft een werknemer het recht om gedurende een welbepaalde termijn – de uitoefenperiode – een bepaald aantal aandelen aan te kopen (of, naar aanleiding van de verhoging van het kapitaal van een vennootschap op een bepaald aantal aandelen in te schrijven) tegen een bepaalde prijs – de uitoefenprijs. Waar hierbij op geanticipeerd wordt, is dat de begunstigde een aandeel kan kopen met korting doordat de uitoefenprijs die hij/zij op het moment van lichting van de optie betaalt, lager is dan de marktwaarde van het aandeel dat hij/zij middels de uitoefening van die optie verwerft. Wordt een optie toegekend naar aanleiding van de beroepswerkzaamheid van de begunstigde, dan moet het aandelenoptie-voordeel als een belastbaar voordeel van alle aard aanzien worden. Vanuit fiscaal perspectief, zal dit voordeel onderworpen zijn aan de progressieve belastingtarieven, waarbij het veelal zo zal zijn dat dit een onderwerping aan het maximumtarief van 50% (+ regionale en gemeentelijke opcentiemen) impliceert. Het netto-optievoordeel is met andere woorden gelijk aan: marktwaarde onderliggende aandelen bij uitoefening van de optie MINUS te betalen uitoefenprijs MINUS verschuldigd personenbelasting Daarnaast moet het voordeel in principe aanzien worden als “loon” in de zin van de sociale zekerheidswetgeving, wat in hoofde van werknemers een onderwerping aan werkgevers- en werknemersbijdragen RSZ met zich meebrengt. In hoofde van zelfstandigen, zullen RSVZ-bijdragen verschuldigd zijn, maar veelal is het plafond in deze al bereikt. De meerwaarde die de begunstigde in geval van een latere verkoop van het aandeel realiseert, situeert zich binnen de privésfeer. Rekening houdende met de huidige stand van de fiscale wetgeving zal deze meerwaarde in principe niet belastbaar zijn en niet onderworpen aan RS(V)Z.
MAAR HOE GROOT IS DAT AANDELENOPTIE-VOORDEEL? EN WANNEER MOET JE DE VERSCHULDIGDE BELASTING BETALEN?
Naar Belgisch (para)fiscaal recht, zijn er twee mogelijkheden: 1. HET VOORDEEL IS BELASTBAAR BIJ TOEKENNING EN OMVAT EEN FORFAITAIRE WAARDERING VAN HET TOEGEKENDE OPTIERECHT In het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid voorzag de wetgever in een fiscaal en sociaal zekerheidsrechtelijk interessante behandeling van het voordeel dat voortkomt uit de toekenning van een aandelenoptie aan medewerkers (werknemers en zelfstandigen). Meer bepaald heeft de wetgever met de invoering van de Wet van 26 maart 1999 (hierna “de Aandelenoptiewet”) het standpunt ingenomen dat opties op aandelen – onder voorwaarden – belast worden op het moment van toekenning. Hetzelfde geldt voor opties op inschrijvingsrechten (in de Aandelenoptiewet “warranten” genoemd). Opdat een belasting op het moment van toekenning kan spelen, vereist de Aandelenoptiewet dat de begunstigde het optie-aanbod schriftelijk aanvaardt binnen 60 kalenderdagen volgend op de datum van dat aanbod. Gebeurde dit, dan- wordt het voordeel vrijgesteld van RSZ-bijdragen. (Ten aanzien van de RSVZ-bijdragen geldt geen vrijstelling, maar het plafond zal veelal reeds bereikt zijn waardoor dit de facto geen impact heeft.)
- wordt het belastbaar moment geacht te hebben plaatsgevonden op die 60ste dag;
- wordt het belastbaar voordeel bepaald aan de hand van een forfaitair percentage van de marktwaarde van het onderliggende aandelenpakket (lees: van de aandelen die je middels uitoefening van alle aan jou toegekende opties kan verwerven);
- moet de over dat forfaitair voordeel verschuldigde belasting veelal worden voorgefinancierd door de begunstigde. De toekenning van aandelenopties behelst immers geen cash-basis waarvan de bedrijfsvoorheffing kan worden ingehouden.
KIES IK NU HET ZEKERE VOOR HET ONZEKERE?
Volgend voorbeeld maakt het onderscheid tussen belasting bij toekenning en bij uitoefening meer concreet:- Je krijgt 10.000 aandelenopties toegekend;
- elke optie vertegenwoordigt één aandeel;
- de uitoefenprijs van de optie is gelijk aan de reële marktwaarde van de onderliggende aandelen op het moment van toekenning, EUR 4 per aandeel;
- bij uitoefening is de reële marktwaarde van de aandelen gelijk aan EUR 8 per aandeel.
Bron: Cazimir Advocaten
» Bekijk alle artikels: Arbeid & Sociale zekerheid, Vennootschappen & Verenigingen