HR-aspecten bij M&A transacties

Mr. Nele Van Kerrebroeck (Linklaters)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Tewerkstelling van buitenlandse werknemers:
nakende ingrijpende wijzigingen

Mr. Sophie Maes en mr. Simon Albers (Claeys & Engels)

Webinar op donderdag 25 april 2024


Het nieuwe Boek 6:
de impact op de werkvloer

Mr. Chris Persyn (Cautius)

Webinar op donderdag 4 juli 2024


Intellectuele eigendomsrechten in de onderneming:
wie is eigenaar van door werknemers en dienstverleners ontwikkelde creaties?

Dr. Nele Somers (ARTES) en mr. Veerle Scheys (Mploy)

Webinar op dinsdag 23 april 2024


Vakantiedagen en het arbeidsrecht

Mr. Kato Aerts en mr. Sarah Witvrouw (Lydian)

Webinar op dinsdag 11 juni 2024

Nog geen werknemer in dienst? Toch reeds werkgever. Grondwettelijk Hof – 8 mei 2019 (LegalNews.be)

Auteur: LegalNews.be

Publicatiedatum: 21/05/2019

In een post op LinkedIn wijst mr. Véronique Pertry (advocaat-vennoot Eubelius) op het arrest van het Grondwettelijk Hof van 8 mei 2019.
Het Grondwettelijk hof verduidelijkt met zijn arrest 59/2019 van 8 mei 2019 het begrip van werkgever in de cao-wet. Het hof neemt daarmee een standpunt in dat afwijkt van het eerdere standpunt van het Hof van Cassatie over deze problematiek.

Artikel 2 cao-wet : alleen voor werkgevers

Artikel 2 van de cao-wet bepaalt dat de cao-wet van toepassing is op werkgevers. Wat de cao-wet niet preciseert, is of een onderneming reeds een of meer werknemers in dienst moet hebben vooraleer zij als werkgever in de zin van de cao-wet kan worden beschouwd?  Dit is geen onschuldige vraag : indien een onderneming zonder werknemers, geen werkgever is, dan zijn de cao’s niet van toepassing op haar, en is deze onderneming bijgevolg ook niet verplicht om bv. werknemers over te nemen van een andere onderneming in het kader van een overgang van onderneming. De verplichting tot overname vloeit immers voort uit een cao (bv. cao 32bis of sectorale cao’s).

Cassatie : geen werkgever zonder werknemer

Het Hof van Cassatie had in een arrest van 2 juni 2014 geoordeeld dat een werkgever in de zin van de cao-wet in de regel enkel diegene is die minstens een persoon met een arbeidsovereenkomst tewerkstelt. Dit arrest leidde tot heel wat wenkbrauwengefrons niet alleen op juridische gronden maar evenzeer omwille van de onbillijke gevolgen voor de werknemers die, wanneer een overnemer nog geen personeel had, blijkbaar niet konden rekenen op een overgang.

Een prejudiciële vraag van de arbeidsrechtbank te Antwerpen aan het Grondwettelijk hof

In de zaak die aanleiding heeft gegeven tot het arrest van het Grondwettelijk hof bepaalde een sectorale cao in de schoonmaaksector, dat de werknemers die betrokken zijn bij de uitvoering van een onderhoudscontract van rechtswege in dienst treden van de onderneming die het contract in opvolging van hun werkgever verwerft, als hun werkgever dat contract verliest. In casu had de onderneming die het contract verworven had nog geen werknemers in dienst. Zij was van mening, in navolging van de cassatierechtspraak, dat zij niet gebonden was door de sectorale cao en dus geen plicht tot overname van personeel had.

De arbeidsrechtbank te Antwerpen, afdeling Antwerpen, heeft vervolgens een prejudiciële vraag aan het Grondwettelijk hof gesteld om na te gaan of artikel 2 van de cao-wet in deze interpretatie van het begrip werkgever, niet in strijd is met het gelijkheidsbeginsel : een werknemer van een onderhoudsfirma waarvan het onderhoudscontract wordt overgenomen door een onderneming die op het ogenblik van de overname nog geen personeel in dienst heeft, wordt immers anders behandeld dan een werknemer van een onderhoudsfirma waarvan het onderhoudscontract wordt overgenomen door een onderneming die op het ogenblik van de overname wel personeel in dienst heeft.

Het Grondwettelijk hof : ook werkgever, zelfs zonder werknemer

Het Grondwettelijk hof vertrekt in een eerste fase vanuit de interpretatie van het Hof van Cassatie van het begrip werkgever. Het hof stelt vast dat het verschil in behandeling in strijd is met de doelstelling van de wetgever, die het begrip “collectieve arbeidsovereenkomst” zo ruim mogelijk wil interpreteren. Het hof vervolgt dat de werknemers in het kader van een overname zich in een precaire situatie bevinden, zodat zij de bescherming van de cao’s moeten kunnen genieten. Het hof oordeelt vervolgens dat de interpretatie van het Hof van Cassatie van het begrip werkgever in artikel 2 cao-wet niet bestaanbaar is met het gelijkheidsbeginsel.

Het Grondwettelijk hof stelt echter dat artikel 2 van de cao-wet ook anders kan gelezen worden. In die andere interpretatie is ook de onderneming tegen wie een cao wordt aangevoerd en die nog geen werknemers in dienst heeft, te beschouwen als werkgever in de zin van artikel 2 van de cao-wet. Zo geïnterpreteerd is dit artikel 2 niet in strijd met het gelijkheidsbeginsel.

Met deze uitspraak van het Grondwettelijk hof verliest de praktijk van het oprichten van een NewCo om te vermijden om werknemers te moeten overnemen, zijn nut.

Véronique Pertry en François-Xavier Gaudissart hebben de Ministerraad in deze procedure bijgestaan.

Lees hier het arrest van het Grondwettelijk Hof van 8 mei 2019

» Bekijk alle artikels: Arbeid & Sociale zekerheid