Handelspraktijken en consumentenbescherming:
recente topics onder de loep

Dr. Stijn Claeys en mr. Arne Baert (Racine)

Webinar op vrijdag 30 augustus 2024


Aandachtspunten bij het opstellen
en analyseren van ICT-contracten

Mr. Lynn Pype en mr. Liesa Boghaert (Timelex)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Intellectuele eigendomsrechten in de onderneming:
wie is eigenaar van door werknemers en dienstverleners ontwikkelde creaties?

Dr. Nele Somers (ARTES) en mr. Veerle Scheys (Mploy)

Webinar op dinsdag 23 april 2024

Moeten online platformen binnenkort betalen voor het verspreiden van nieuws? (Monard Law)

Auteur: Francesca Biebuyck (Monard Law)

Publicatiedatum: 17/10/2018

Op 12 september stemde het Europees Parlement voor het voorstel voor een nieuwe  richtlijn inzake auteursrecht in de digitale eengemaakte markt. Dit project dateert van 2016 en is gericht op het actualiseren van de Auteursrechtrichtlijn van 2001, een tijdperk waarin het internet nog in zijn kinderschoenen stond.

De nieuwe richtlijn brengt een radicale verandering teweeg in de manier waarop inhoud op het internet zal worden gebruikt, m.n. door online een grotere auteursrechtelijke bescherming in te voeren. Tot nu waren digitale platformen zoals Facebook, Google, Amazon of Twitter succesvol in het online delen van inhoud omdat het hen in staat stelde inkomsten te genereren. Dit gebeurde voornamelijk via advertenties en zonder de auteurs te hoeven compenseren voor de inhoud die op deze platformen werd geplaatst. De nieuwe tekst introduceert in dat opzicht een radicale verandering.

In het bijzonder zijn het de artikelen 11 en 13 van de richtlijn die het huidige systeem verstoren en veel stof doen opwaaien:

  • Artikel 11 creëert een bijzondere vorm van het auteursrecht door middel van de vereiste voor digitale platformen om nieuwsorganisaties te betalen voor elk gebruik van hun inhoud of het delen van een link. Dit naburig recht op het auteursrecht geldt gedurende vijf jaar na de publicatie van het artikel, en verhindert het gebruik van de publicaties door particulieren voor private en niet-commerciële doeleinden niet
  • Artikel 13 introduceert de verplichting voor de digitale platformen om overeenkomsten te sluiten met de titularissen van de auteursrechten betreffende de gedeelde inhoud. Bij het ontbreken van dergelijke overeenkomsten, moeten zij automatisch overgaan tot het filteren van de inhoud die door internetgebruikers online wordt geplaatst , zodat  ze geen inbreuk maken op het auteursrecht. Dit zorgt ervoor dat de platformen vanaf nu verantwoordelijk zijn voor de inhoud die wordt geplaatst door de internetgebruikers via hun diensten. Door het online delen van door gebruikers gepubliceerde inhoud, wordt aangenomen dat het de platformen zelf zijn die de communicatie met het publiek onderhouden en daarvoor onderworpen zijn aan de toestemming van de titularissen van de betrokken rechten.

Betreffende het toepassingsgebied, geldt de tekst voor diensten van de informatiemaatschappij, dit wil zeggen “diensten die een groot aantal werken en andere auteursrechtelijk beschermde objecten die door gebruikers geüpload  wordenopslaan en aanbieden aan het publiek”.

Wat sommigen zorgen baart, is dat de nieuwe tekst de fundamentele rechten van internetgebruikers in gevaar zou kunnen brengen. Het is inderdaad zo dat er wordt gevreesd voor een mogelijke censuur van de vrijheid van meningsuiting, vanwege de verplichting voor de platformen om stroomopwaarts een filtersysteem van de gedeelde inhoud tot stand te brengen. Bovendien vrezen de platformen en hun aanhangers dat hun huidig business model, dat vooral steunt op het te gelde maken van de inhoud via reclame, in vraag zal worden gesteld.

Anderen, voorstanders van de aanneming van de nieuwe tekst, verdedigen de inhoud van de nieuwe tekst omdat zij van mening zijn dat het nieuwe wettelijke kader zal zorgen voor een toename van het aantal beschikbare werken en een correcte vergoeding voor de scheppende kunstenaars en uitgevers voor elk onlinegebruik van hun werk. Volgens hen zal deze hervorming ertoe leiden dat een er nieuw evenwicht ontstaat tussen de platformen, die zich tot dan toe verrijkten met inhoud waarvan zij niet de scheppende kunstenaars zijn, en de persuitgevers, voor wie het kosteloos karakter van het Internet tot nu toe problematisch was.

De onderhandelingen zijn echter nog niet ten einde: de Europese instellingen zullen, onder druk van de lobbyisten, nog een definitieve compromistekst moeten bereiken. Alleen de tijd zal uitwijzen wat er met de artikelen 11 en 13 zal geworden.

Lees hier het originele artikel

» Bekijk alle artikels: IT & IP