HR-aspecten bij M&A transacties

Mr. Nele Van Kerrebroeck (Linklaters)

Webinar op donderdag 16 mei 2024


Aandeelhoudersovereenkomsten
in het licht van de nieuwe wetgeving

Mr. Michaël Heene (DLA Piper)

Webinar op vrijdag 31 mei 2024


Ondernemingsstrafrecht:
wat wijzigt er door boek I en boek II van het Strafwetboek?

Mr. Stijn De Meulenaer (Everest)

Webinar op dinsdag 11 juni 2024

Fiscus verrast met nieuw standpunt over buitenlandse dividenden (Delboo)

Auteur: Delboo

Publicatiedatum: juni 2020

Naar aanleiding van een aantal recente fiscale controles is aan het licht gekomen dat de administratie nieuwe richtlijnen heeft uitgevaardigd voor belastingplichtigen met buitenlandse roerende inkomsten. Vooral mensen met een rekening in het buitenland worden geviseerd en riskeren bijkomende taxaties.

Aangifteplicht buitenlandse roerende inkomsten

Op de belastbare inkomsten van beleggingsportefeuilles bij een Belgische bank wordt door de bank roerende voorheffing ingehouden. Deze voorheffing werkt bevrijdend: de voorheffing is meteen ook de eindbelasting en de inkomsten moeten nadien niet meer worden opgenomen in de aangifte personenbelasting.

Buitenlandse banken kunnen geen Belgische roerende voorheffing inhouden. Daarom moeten de belastbare inkomsten van buitenlandse beleggingsportefeuilles steeds worden opgenomen in de aangifte personenbelasting. De bank bezorgt de belastingplichtige hiervoor elk jaar een fiscaal attest met de aan te geven bedragen, zodat de belastingplichtige al bij al weinig moeite heeft om zijn aangifte correct in te vullen.

De aan te geven inkomsten zijn de brutobedragen van de ontvangen interesten en dividenden, verminderd met de in het buitenland ingehouden belastingen en bronheffingen. Een Zwitsers dividend van € 100 waarop € 35 Zwitserse bronheffing is ingehouden, moet voor € 65 worden opgenomen in de aangifte.

Fiscus verhoogt belastbare grondslag

Bij recente controles heeft de fiscus het standpunt ingenomen dat de buitenlandse bronheffing niet steeds volledig aftrekbaar is. Naar verluidt is dit het gevolg van nieuwe richtlijnen die de centrale administratie in een niet-gepubliceerde instructie heeft uitgevaardigd.

De verdragen tot vermijding van dubbele belasting die België heeft afgesloten, leggen immers in de meeste gevallen een maximumtarief voor de bronheffing vast. Zo voorziet het dubbelbelastingverdrag met Zwitserland bijvoorbeeld een maximale bronheffing op dividenden van 15%. Het verschil tussen de effectief ingehouden bronheffing en het bij verdrag vastgelegde maximumtarief (in ons voorbeeld € 20) kan de Belgische belastingplichtige terugvorderen bij de Zwitserse overheid. Omdat dit een omslachtige procedure is die bijkomende kosten teweegbrengt, maken weinig belastingplichtigen echter gebruik van deze mogelijkheid.

Volgens het nieuwe standpunt van de fiscus wordt de aftrekbare bronheffing steeds beperkt tot de bronheffing aan het verdragstarief. In ons voorbeeld moest er dan geen € 65, maar € 85 worden aangegeven, ook al heeft de belastingplichtige de teveel ingehouden bronheffing niet teruggevorderd en dus zeker niet ontvangen.

Commentaar

Met dit nieuwe standpunt probeert de fiscus een fictief inkomen te belasten. Niet de effectief ingehouden bronheffing, maar slechts de bronheffing aan een lager tarief wordt in rekening gebracht.

Nochtans staat in de administratieve commentaar van de fiscus zelf nog steeds duidelijk te lezen dat de in het buitenland op roerende inkomsten ingehouden belastingen aftrekbaar zijn. De toelichting bij de aangifte personenbelasting is nog formeler: de werkelijk geïnde of verkregen bedragen (na aftrek van de eventuele buitenlandse belasting) moeten worden aangegeven (verhoogd met innings- en bewaringskosten).

Door met een geheime interne instructie in te gaan tegen haar eigen publiek beschikbare richtlijnen, schendt de fiscus nogal flagrant de beginselen van behoorlijk bestuur. Belastingplichtigen die deze richtlijnen tot nu toe steeds correct hebben nageleefd zouden nu plots toch een onjuiste aangifte hebben ingediend, omdat de fiscus achteraf in alle stilte van mening is veranderd?

Het standpunt van de fiscus lijkt ons bovendien in strijd met het basisbeginsel dat in principe enkel inkomsten die een belastingplichtige effectief heeft ontvangen belastbaar kunnen zijn. Ook het vrij verkeer van kapitalen, toch één van de hoekstenen van het Europese recht, lijkt hierdoor geschonden. Inkomsten die op een buitenlandse rekening worden ontvangen, worden immers zwaarder belast dan inkomsten die op een Belgische rekening worden ontvangen.

Voldoende redenen dus om het nieuwe standpunt te verwerpen.

Wij hopen dat de centrale administratie snel tot inkeer komt en de instructie intrekt. Indien u intussen geconfronteerd zou worden met een controleur die de instructie toepast, raden wij u aan om u hier tegen te verzetten en uw verweermogelijkheden te benutten.

Lees hier het originele artikel

» Bekijk alle artikels: Vennootschappen & Verenigingen